Lieve Dexter,
Het is ondertussen al een maand geleden dat mijn leven zoals ik het dertig jaar lang heb ervaren met piepende banden en behulp van een weeënopwekkende baxter tot stilstand kwam, om plaats te maken voor een leven met jou.
Ik had verwacht dat je geboorte een bom zou doen ontploffen in dat leven. Het was iets waar ik de laatste weken voor de bevalling al eens opmerkingen over maakte tegen toevallige passanten: dat mijn leven binnenkort over zou zijn. Dat ik dus maar best veel op restaurant kon gaan, en kon slapen, en eens buiten kon komen, want binnenkort was dat alles finaal voorbij. Finito. Haha, lachen was dat. Andere mensen verzekerden me dat het allemaal wel meeviel, de komst van zo’n baby, maar dat het goed was dat ik het me zo donker voorstelde, dan kon het namelijk alleen maar beter.
Het lachen is me, zoals ondertussen tot in den treure bekend, snel vergaan. Ik had me met de beste wil van de wereld niet kunnen voorstellen dat alles nog zwaarder zou worden dan in mijn hoofd. Omdat je sinds dag 1 zo veel last hebt van kwaaltjes, mijn kind. En dat mij zowel onzeker heeft gemaakt als wanhopig als hopeloos als huilerig als bang als overlopend van medelijden, omdat ik je maar niet kan troosten, wat ik ook probeer. Omdat je klachten ons al bij kinderartsen en in ziekenhuizen hebben doen belanden, zonder al te veel resultaat. Omdat ik dan wel de ene kjoetsie slaapfoto na de andere van je post, maar dat niks verandert aan het feit dat onze tijd samen er doorgaans eerder zo uitziet.
Dit, met oorverdovend geluid bij, soms zeven uur per dag. Soms meer, gelukkig ook soms minder. Je hebt vaak zo veel last van je krampen dat ik nog niet veel buiten kan komen, en dus aan mijn zetel gekluisterd zit met jou op mijn arm, want dat vind jij toevallig de allerbeste plaats ter wereld, mijn arm.
Ik ben ondertussen dan ook zwaar verslaafd aan de kookprogramma’s op Njam. Er is dan wel geen tijd om heden ingewikkeldere maaltijden te koken dan iets met microgolven en opwarmen, maar na mijn zwangerschapsverlof zal ik zo veel kookprogramma’s gezien hebben dat een tweede carrière als sous-chef niet eens zo’n zot idee is. We moeten wel zien of ik fysiek nog voldoende competent ben voor de job, met mijn draagdoekrug, megawallen, een severe case van babydraagelleboog, en verkrampte vingers van het driehonderd keer per dag terugsteken van je tutje. En dan heb ik het nog niet gehad over mijn borsten, na negen dagen borstvoeding. Kolven en kloven zijn woorden die ik de rest van mijn dagen NIET MEER WIL HOREN. MMKAYKES?
Dit alles omschrijven als een bommetje zou het bommetje oneer aandoen, vind ik. Jouw komst voelde eerder aan als de ontploffing van een atoombom met een ernstig attitudeprobleem.
Je bent nog zo klein, Dexter, en toch ben je al een maand de baas in huis. Jij bepaalt wanneer we eten, slapen, naar het toilet gaan, tv kunnen kijken, en vooral ook wanneer we dat allemaal niet kunnen doen. Ik had echt nooit kunnen denken dat het geheel van nieuwe dingen en slapeloze nachten en een krijsende krampenbaby zo veel van me zou vergen, maar ik had ook nooit kunnen denken dat de betrekkelijk rationele vrouw die ik dacht te zijn zo hard overspoeld kon worden door moederliefde van de eerste seconde dat ze je op mijn borst legden. “Hij is zo mooi!”, roept iedereen constant, “en zo klein!!!” en het is zo waar. Je bent het mooiste en leukste kind van de wereld, minstens.
Iedereen die zich in je radius begeeft wordt nu al ingepalmd, en dat terwijl je nog niet eens meer kunt dan eens dwaas kijken en “eeeeew” zeggen. Je hebt het kleinste hoofdje en je maakt de leukste geluidjes die ik al ooit uit een levend wezen heb weten komen. Je eet en groeit goed, en toch zijn sommige newbornkleertjes nog altijd veel te groot voor je. How cute is that, eigenlijk, voor een baby die een week overtijd was?
Ook opvallend: er zit zo veel meer moeder in mij dan ik ooit voor mogelijk had gehouden. Wat ook niet zo spectaculair is, wetende hoe laag mijn verwachtingen op dat gebied lagen. En toch, maat: flesjes steriliseren, pampers verversen, honderd toeren rond de salontafel lopen om je krampen wat weg te nemen, het gaat me allemaal best af. Ik heb in geen maand mijn Kindle aangeraakt, mijn iPad gebruikt of een maaltijd gekookt die meer voorstelt dan drie ingrediënten opwarmen, maar daar heb ik me snel bij neer kunnen leggen, en ik weet dat het ooit terug komt. De ene dag gaat dat neerleggen trouwens beter dan de andere. Op sommige dagen kan ik het alleen maar snotterend en met mijn hoofd tegen de muur bonkend, snikkend dat ik zo veel meer ben dan alleen maar een moeder en MIJN LEVEN TERUG WIL. Het is gelukkig al iedere keer over gegaan. Durf deze brief dus niet voor te leggen aan je psycholoog binnen twintig jaar, kidster, of het zal uwen besten dag niet zijn.
Ik ben nog aan het wachten op mijn roze wolk, maar lieve Dexter, zelfs in mijn meest wanhopige momenten kan ik niet anders dan toegeven dat ik nog maar zelden zo blij en verliefd en overlopend van warme gevoelens ben geweest als de laatste vier weken.
Dezelfde gevoelens gelden trouwens voor het papatje: ik had negen jaar geleden geen idee dat ik ook nog eens de perfecte vader voor mijn toekomstige kinders aan de haak had geslagen, die mij erdoor zou sleuren in bange dagen, maar het was zo. Ik ben een lucky ducky, en ik besef het maar al te goed. Jij ook trouwens, met een vader met armen waar je na een krampaanval aan in slaap kunt vallen als de eerste de beste koala.
Merci daarvoor, kleine, überkoddige tikkende tijdbom die elk moment kan beginnen schreeuwen Dexter. Ik heb het gevoel dat er geweldig coole dingen op onze weg liggen.
Je mamatje
(Deze brieven zijn natuurlijk volledig geïnspireerd op de fantastische brieven van Dooce aan haar kinders.)