Geuren kunnen mij in een-twee-drie transporteren naar een vorig bestaan. Ruik ik recent gemaaid gras dan zit ik weer met mijn rugzak behangen met trollen en plastieken tutjes op de speelplaats van de lagere school van het dorpje V., kringelt de geur van allesreiniger langs mijn neusvleugels omhoog dan krijg ik een wee gevoel ter hoogte van mijn maag en flashbacks naar mijn dagen in de detergentenfabriek. Posteer mij achter de uitlaatpijp van een middelgroot voertuig en ik zit met mijn vijfjarig kinderhoofd gekneld tussen de deuren van een wegrijdende Duitse schoolbus. Op de achtergrond het hysterische gegil van mijn moeder. True story. (behalve dat laatste stukje over Dachau dan. Go easy on the komieke sigaretten, lilith uit 2004)
Maar er zijn dus ook odeuren die ik mezelf bewust aandoe.
Onderstaande luchtjes lieten ooit een onuitwisbare indruk na in mijn neus en hoofd.
Oilily Classic Eau de Parfum
Geen idee wie met het cadeau kwam aanzetten en waarom, maar dat ik het kreeg op een kerstavond in de jaren tachtig doet me vermoeden dat ik niet ouder was dan tien. Mijn eerste parfum was het, en ik ontving er ook een blikken doosje met de lekkerst geurende zeep ooit bij. De fruitige essence brengt me terug naar een tijdperk waarin Gertie van de Babysitters Club mijn spirit animal was, ik ganser dagen naar Hoezo? van Clouseau luisterde op mijn kamer en er nog niet uit was of ik dierenarts wilde worden of toch maar schrijfster. Ik heb al overwogen om nog eens een flesje Oilily te kopen, vanuit onversneden nostalgie en oprukkend oud zot, maar dan bedenk ik me dat ik niet per se wil ruiken naar “meisjes en vrouwen met een jong hart”, zoals de marketingtekst de doelgroep omschrijft op de site van Oilily. En toch: gisteren spoot ik nog eens wat op mijn pols tijdens mijn research in de parfumerie, en ik ben niet meer gestopt met ruiken en “aaaah” denken. Misschien is het in deze woelige tijden waarin beelden van bloed en rampspoed niet verder dan een finger swipe van ons verwijderd zijn wel een troost om weten dat de geur van je ogenschijnlijk simpele kindertijd ook maar zo ver van je af ligt als je pols.
Salvador Dali Vandenaldi
Ik kan geen stukje schrijven over geuren zonder het over de parfums die mijn moeder droeg te hebben. Ik bezit een herinnering waarin mijn vader na zes maanden als blauwhelm in ex-Joegoslavië naar huis terugkeerde met tien flessen clandestien gesmokkelde rum (de feiten zijn verjaard, officer) en een doosje met miniatuurparfumflesjes in de vorm van een neus en lippen. Google leert me dat het er van Salvador Dali kunnen zijn, maar als ik me de geur voor de geest haal denk ik dat het eerder van het minder bekende Joegoslavische merk Sulvidor Dila was. Anyway. Mijn mama had de neiging om zware en bedwelmende parfums te dragen waar mijn hersenen spontaan van verpulverden, genre Angel van Thierry Mugler (BUT WHYYY?!) en Opium van Yves Saint Laurent. De migraines die ze me bezorgden waren zo vernietigend dat ik nog steeds van wagon verander als ik iemand mijn trein ruik binnenkomen die een van beide geuren opheeft.
Patchoeli
Eerst mijn beklag doen over de bedwelmende koppijnparfums van mijn moedertje, en het in het volgende blokje hebben over de jaren waarin ik mezelf en mijn arafatsjaals marineerde in patchoeli, de ironie ontgaat mij niet. Ik haalde mijn hippie-olie en arafatsjaals in de Youskaro in Ieper, een winkeltje van een kleerkast groot dat werd uitgebaat door een moeder en dochter die grossierden in lange blaadjes en vlaggen van Bon Jovi. Er was een tijd dat ik geen enkel kledingstuk in mijn bezit had dat niet meurde naar patchoeli en daar ook nog trots op was. Het was dezelfde tijd waarin ik mijn haar oranje kleurde met Henna, houten vriendschapspoppetjes aan mijn Dr Martens knoopte en protesteerde tegen kernafval en racisme en gaten in de ozonlaag, niet alleen uit overtuiging maar ook omdat die ene kerel van mijn klas waarop ik jaren stiekem verliefd was ook ging protesteren. Zo, dat is eruit.
White Musk van The Body Shop
In de nasleep van mijn “liever een gat in mijn pennenzak dan een gat in de ozonlaag”-periode vertoefde ik tijdens mijn studententijd regelmatig in The Body Shop. Toen het gamma van White Musk daar op mijn pad kwam had ik maar een keer snuffelen nodig om te beseffen dat ik mezelf wilde verzuipen in alles dat ook maar een beetje naar de inhoud van de flesjes rook. Wat ik dan ook deed door de eau de toilette en de olie en het badschuim en de douchegel te kopen, zo veelvuldig dat ik bijna geen geld meer over had voor sigaretten en de belegde broodjes waarmee ik mezelf traag maar zeker richting mijn eerste maagverkleining aan het eten was. White Musk doet me nog steeds vol nostalgie terugdenken aan mijn studentenkot in Ledeberg, en met studentenkot bedoel ik varkensstal van drie verdiepingen die ik deelde met drie vrienden die even hard als ik hoopten dat de beschimmelde en aangekoekte afwas van weken ver plots op magische wijze zou verdwijnen als we er zo vaak mogelijk in bogen bleven rondlopen. Wat ook gebeurde als een van onze moeders het echt niet meer kon aanzien en zich vol walging aan een taak van een paar uren zette. Dat ik terugdenk aan de geur van White Musk en niet die van beschimmelde pannen waarvan de inhoud bijna kon lopen wil zeggen dat de andere penetrante geuren ondertussen of verwerkt of verdrongen zijn. Good for me.
Amazing Grace van Philosophy
Na White Musk beleefde ik op parfumvlak een even losbandige als saaie episode waarin ik Noa van Cacharel afwisselde met Gucci Rush en nog wat andere usual suspects. Ik werd nooit meer halsoverkop verliefd op een geur, tot ik in de Ustated Nights of Amerika kennismaakte met Amazing Grace. Ik bracht een flacon mee, en wist dat ik op een osmologisch klompje goud was gestoten toen ik bij thuiskomst constant werd gevraagd naar de oorzaak en herkomst van mijn welriekendheid. Wat mij betreft ruikt het naar een mengeling van schone lakens en eerste lentedagen. Sinds de complimentjes mij begonnen te overspoelen bracht ik van elke trip naar Amerika wat flesjes mee, en er overviel me een gelijktijdig gevoel van “wahey!” en “dju toch” toen Ici Paris XL het enkele jaren geleden gewoon in België begon te verkopen. Aangezien ik in geen tijden meer in Amerika ben geraakt overheerst wahey wel, ondertussen.
Van alles van Juliette Has a Gun
De laatste parfumcrush in dit rijtje kwam tot stand toen ik Valerie De Booser een jaar of vijf geleden interviewde voor Flair. Zij zat naast me, als onwetende maar glansrijke winnares van een bikkelharde wedstrijd die zich enkel in mijn hoofd had afgespeeld en die we voor het gemak het Grote Concours Mevrouw Koen Wauters noemen. Niet alleen dat, maar ze rook er ook nog eens fenomenaal lekker bij. Omdat ik besefte dat ik nooit dichter zou komen bij het zijn van Mevrouw Koen Wauters dan naar Mevrouw Koen Wauters te ruiken vroeg ik haar welk parfum ze droeg. Dat bleek Lady Vengeance van Juliette Has A Gun te zijn. Nadat ik een fles had aangeschaft ontdekte ik hoe rond de cirkel was: er blijkt patchoeli in te zitten, begot. Eerst moest ik ervoor naar Selfridges in Londen (altijd een goed excuus), maar toen ontdekte ik dat een parfumerie in Ieper ook een groot deel van het gamma stockeert. Op een keer was de Lady Vengeance evenwel op en kocht ik de Miss Charming, en daarna de Not a Perfume en onlangs nog de Anyway. Geen zever: allemaal op hun eigen manier even geweldig. Vooral de Not a Perfume heeft een speciale plek in mijn hart, omdat hij net als Amazing Grace ruikt naar proper, zoals frisse lakens en zeep en schoongeboende oksels in combinatie met een zuchtje wind. Zei ik echt schoongeboende oksels in combinatie met een zuchtje wind? En was dat luidop? Ik durf wedden dat Valerie me ook op vlak van geuromschrijvingen ver achter zich laat, en leg me daar dan maar, als een eervolle verliezer, bij neer.
Deze blogpost werd ernstig geïnspireerd door deze geweldige blogpost. Zin om mee te doen? Dat mag, in de reacties of op uw eigen blog, vaneigens.