Monthly Archives: augustus 2013

Week 1: lilith stopt met zichzelf dingen wijs te maken

Zo. Week één is achter de kiezen. First things first: ik ben back on the Weight Watchers wagon. Meteen het laatste dat ik had verwacht toen ik mijn maag liet verkleinen, dat ik van mijn leven nog punten zou tellen. Ook al is Weight Watchers het enige eetplan in zijn soort waarvan ik oprecht geloof dat het werkt. Ik kan dat geloof onderbouwen: ik ben er ooit vijfendertig kilo mee afgevallen, in mijn jonge jaren. Ik geloof niet in diëten, maar ik geloof wel in Weight Watchers. (en neen, ik word echt niet gesponsord, al mogen ze mij altijd bellen als ze mijn online dink terug willen betalen in ruil voor foto’s van ik die de volgende maanden fenomenaal retestrak word)

Ge wilt weten waarom? Ik ben een mens van schema’s en grafiekjes. Daarom staat mijn telefoon vol apps. Ik moet het zien. Het moet concreet zijn. Ik moet het kunnen tracken. Wat nog belangrijker is: doe ik dat niet, dan ben ik de meester in het mezelf dingen wijsmaken.

Dan doe ik vanalles. Met de beste bedoelingen. Brood schrappen, en pasta. Drie dagen volgehouden. Geen wijn meer drinken tijdens de week. Behalve die ene keer, op dat feestje op donderdagavond. En toen moest ik gaan eten voor mijn verjaardag. En toen was het toch naar de vaantjes. Terug naar af. Dan mag ik ineens enkel nog fruit eten in de voormiddag, of helemaal geen vlees meer, of iets anders van moetens. En dat doe ik dan een paar dagen, en dan sta ik op de weegschaal, en dan ben ik zo teleurgesteld dat ik wel kan janken. Ik snap er niks van. Dit kan toch niet?! IK EET GEEN BROOD, GODVER. EN GEEN VLEES. IK LEEF ALS EEN FUCKING KONIJN.

konijn.jpg

Maar ik maak mezelf dus één ding wijs: dat calorieën alleen door het lichaam worden opgenomen als je aan tafel eet, en niet als je, zoals ik vaak, snelsnel iets in je mond propt terwijl je aan de frigo of de kast blijft staan. Jullie willen niet weten hoeveel koeken ik al snelsnel bij het thuiskomen heb opgegeten, maar het was snel, en niemand zag het, dus dat telt niet. Kaas, in de rapte, terwijl ik aan de frigo blijf staan. Telt niet. Dat handjevol chips? Niet gebeurd, jongen.

Raar maar waar: als ik punten tel, dan ben ik wel eerlijk met mezelf. Omdat ik die kaas ook gewoon mag eten, als ik er genoeg punten voor over heb. Omdat ik een glas witte wijn mag drinken, op mijn gemak, met smaak, als ik er vier punten voor wil neertellen. Weight Watchers is een beetje een spelletje, met geven en nemen, en na een week back on track besef ik dat het voor mij weer werkt. Ik hou het al een week vol, immers. Dat is een gigantisch succes, believe you me. Plus: ze hebben nu ook een app, in tegenstelling tot jaren geleden, toen ik het moest doen met een notitieboekje. En echt waar: hun app is best nogal de max.

Ik heb mijn best gedaan, de afgelopen week. Ik heb gezond gegeten. Ik ben zelfs een uur gaan spinnen, voor het eerst in mijn leven. Vanmorgen ben ik op zoek gegaan naar mijn loopschoenen, die ik al meer dan twee jaar niet meer had gezien, en heb ik me twintig minuten afgevraagd wie er in godsnaam de sportbh’s van andere mensen zou willen stelen. En dan nog die van mij. Maar ik heb alles teruggevonden, en ik ben vertrokken. Heel traag, met een paars hoofd, en het zag er vast allemaal niet uit ook niet. Maar ik ben vertrokken, langs hetzelfde weggetje waar ik al liep toen mijn mama ziek was, en later toen ik begon na te denken over een baby. Ik loop daar al zo lang, en kijk, nu loop ik daar opnieuw.

loperd.jpg

Ik heb vanmorgen meer kilometers afgelegd dan als ik in mijn zetel was blijven zitten. Daar alleen al ben ik vreselijk trots op.

En dan zijn er altijd weer mijn old ways. Vanmorgen mocht ik mezelf wegen, na een week, en natuurlijk had ik stiekem verwacht dat ik na al mijn inspanningen al minstens zeven kilo zou afgevallen zijn. Dat is wie ik ben. Het was uiteindelijk één kilo. Ik ben van mijn weegschaal gesprongen, heb mijn pruilende onderlip opgerold en mezelf een geweldige schouderklop gegeven. Vanaf nu is het hier lange termijn.

Niet in het minst omdat ik het afgelopen jaar nogal wat dingen over mezelf en de manier waarop ik dingen aanpak heb geleerd. Met dank aan in therapie gaan. Dat ik mezelf met mijn alles of niets-aanpak compleet de dieperik in aan het kegelen was, bijvoorbeeld. Dat ik de lat altijd weer veel te hoog leg, net als mijn verwachtingen, waardoor ik vol vuur aan iets begin, na twee dagen al wonderen verwacht, superteleurgesteld raak omdat die niet gebeuren en altijd weer vol verwijten naar mezelf wijs met een “Zie je wel dat je het niet kan?”. Ik heb het laatste jaar beseft dat ik afschuwelijk hard ben voor mezelf. Dat klinkt vreemd, komende van een vrouw die zichzelf ooit toeliet om een stuk meer dan honderd kilo te wegen, maar tegelijk maakt het ook geweldig veel sense.

Het is best confronterend, op je tweeëndertigste beseffen dat je nog vreselijk veel moet leren, maar het is tegelijk ook verrijkend. Jezelf graag zien. Hulp leren aanvaarden. Tijd nemen om dingen gedaan te krijgen. Fouten maken en opnieuw beginnen, zonder dat je er duizend ellendige conclusies aan vast hangt.

Niet te streng. Op het gemak. Zonder deadlines. Gewoon verder doen. En beseffen dat er avonden gaan zijn dat ik ga thuiskomen met een lastige dag in mijn maag, en dat ik erop zal reageren als de emo-eter die ik ben. Dat ik in mijn hoofd wel zal weten dat het geen goed idee is om me op een zak paprika chips te storten, maar dat het in mijn hart de allerbeste oplossing OOIT zal lijken. Op die avonden zal ik op die zak chips vliegen, daar moet ik me na tweeëndertig jaar in dit lichaam en in dit hoofd niet eens illusies over maken. Maar ik hoop dat ik, als de chips binnen is en het kwaad geschied, eindelijk zal beseffen dat het eigenlijk niet eens gaat om die avonden. Wel om de dag erna, en hoe ik mezelf dan zal zien. Als een gigantische mislukkeling die niks kan en beter gewoon overal mee zou stoppen, omdat het toch geen zin heeft, of als iemand die af en toe een steek laat vallen, dat ook mag, maar ook altijd weer gewoon mag herbeginnen.

Ik denk dat het daarover gaat.

Op naar week twee!

lilith en het doosje met de eend

“Het is niks”, zeg ik. En dan nog eens, zodat het zeker is: “Het is niks”.
Maar als je erbij weent, dan weten ze dat het wel iets is.

“Er stond een kartonnen doos in de gang, en daarin een doosje dat ik helemaal vergeten was. Een doosje met een eend op, met haar juwelen in.” Een doosje dat ik mocht meenemen van mijn vader, die zijn huis aan het opruimen is. Ik heb heel weinig dingen bewaard van mijn moeder. Zakken vol kleren heb ik naar spullenhulp gebracht, omdat ik wilde dat iemand anders er nog iets aan had, en ik niet zou blijven zitten tussen dingen die me voor eeuwig en altijd vreselijke steken in mijn hart zouden bezorgen.

Ik heb een paar schoenen, en dat ene t-shirt. Ik heb haar hoodie liggen in mijn kast. En nu dus het doosje met de eend.

“Het is niks”, zeg ik tegen Youri, en dan begin ik weer te snikken, omdat ik een paar oorringen herken.

“Natuurlijk is het iets”, zegt Youri.
Youri heeft vaak gelijk.

lilith en de magische tomatensaus die ook uw leven zal vergemakkelijken

Ik ben er jaren van overtuigd geweest dat koken moeilijk was. Dat je tientallen recepten en gerechten moest zien te masteren met honderd ingrediënten die je natuurlijk helemaal niet had, waarop je ze kocht, één keer gebruikte en ze dan een tijd later in de vuilnisbak gooide.

Wat betreft koken heb ik me heel lang behoorlijk mislukt gevoeld. Ook toen ik de fase van de zwartgeblakerde vleesjes die vanbinnen koud en rauw waren al even doorsparteld had bleef het in mijn ogen gesukkel. En toen ik ook nog eens op het geniale idee kwam om mijn echtgenoot die niks lust te melden dat wij thuis voortaan volledig vegetarisch zouden gaan leven, toen was het eigenlijk pas helemaal huilen met de pet op.

Tot ik tot een paar inzichten kwam:

organisatie is alles

Veel staat of valt met het samenstellen van een weekmenu, en daar een wekelijkse gewoonte van te maken. Ik maak het mijne op vrijdag, samen met mijn boodschappenlijst, om dan op zaterdag boodschappen te gaan doen. Het voordeel: ik moet maar één keer per week nadenken, en ik moet maar één keer per week naar de winkel. Alle andere tijd en energie hou ik over om naar Game of Thrones te kijken en te doen alsof ik er nog iets van snap. Ha!

het einde van het eerste gerecht is vaak het begin van het tweede

Een inzicht dat tot mij kwam na het lezen van An Everlasting Meal, het boek waar ik in het verleden al eens melding van maakte. Sinds ik het heb gelezen besef ik dat een restje pasta (waar je wat olijfolie en kruiden hebt opgegoten tegen het uitdrogen en aan elkaar kleven) de perfecte basis is voor een frittata de dag erna. Dat een klein overschotje pastasaus een soep kan opfleuren, dat oud brood de max is voor bruschetta en pittabroodjes zowel gevuld als belegd met passata en kaas dienst kunnen doen als pizzabroodjes. Sinds ik het las staat mijn koelkast vol bakjes met restjes, en gooi ik niks meer weg, maar wel samen. And loving it, ook nog.

het warm water moet heus niet elke week uitgevonden worden

Zelfs niet elke maand. In mijn Evernote heb ik een lijst met alle gerechten die in onze crib gesmaakt worden. Omdat ik sommige maaltijden na een tijd gewoon weer vergeet, ook al waren ze lekker, zoals die pompoenpuree met paprika die ik vorige winter vaak klaarmaakte, of de heerlijke Spaanse rijst die een paar jaar geleden supervaak op tafel kwam en dan in de vergetelheid verdween. No more, met mijn lijstje, dat het ook makkelijker maakt om te bedenken wat ik kan doen met restjes in mijn koelkast.

een goede tomatensaus is altijd een geweldig begin

Ik heb altijd kerstomaatjes in huis. Die voer ik aan in emmers van een halve kilo, en die geraken hier altijd op. Omdat ik ze zelf constant in mijn mond steek, maar ook omdat ik ze voeder aan mijn kind, voorschotel als bijgerecht met azijn aan mijn man, en omdat ze de perfecte basis zijn voor elke frittata of voor de tomatensaus waarover ik het al heel de tijd met uw wil hebben.

Mijn leven veranderde toen ik besefte dat je met tien kerstomaten, een teentje look en peper en zout een superlekkere vegetarische saus kan maken, waarop je zo hard kunt voortborduren als je zelf wilt.

For reals. Gooi er een chilipeper bij en het wordt spicy. Heb je nog lenteui of sjalotjes over, dan doe je ze er ook bij. Ligt er nog een stronkje selder in je groentenmandje, wel hoera daarvoor! Met een restje tomatenpuree of passata wordt het meer saus, met honing of suiker is het plots zoet, heb je een pot yoghurt over dan onstaat er ineens een roomsaus en als je er een zakje geraspte kaas die geen toekomst meer leek te hebben doorroert heb je een tomatenkaassaus.

Maar ook. Roer daar eens champignons door, of veggie gehakt. Een zak wokgroenten die over is. Smijt een handvol verse kruiden in de mix. Een blik rode chilibonen, ook de max. En dan heb ik het nog niet gehad over versies met geroosterde groenten, eitjes of gebakken halloumi. Gaan en blijven gaan, en niet vergeten te kruiden met peper en zout. Of zoals een chef mij ooit zei: “zit er niet genoeg smaak in? Dan ligt het 9 keer op 10 aan te weinig zout.” Geloof me: één van de beste keukentips ooit.

een goede basisvoorraad is eigenlijk ook altijd een geweldig begin

Kerstomaten dus, maar er zijn nog een paar producten die ik altijd inkoop, zodat ik erop kan voortborduren. Passata. Pittabroodjes. Kappers. Harissa. Geraspte kaas. Dingen die lang meegaan en die je pasta, pizza of restjesomelet een level naar omhoog kunnen tillen. Niet elke maaltijd moet een staaltje van zotte creativiteit zijn, soms is een toast champignon met een slaatje of een geroosterde boterham die je inwrijft met look en tomaat al een hemelse maaltijd.

Sinds ik dat allemaal besef vind ik het eigenlijk allemaal veel leuker, dat koken.

Jullie nog belangrijke inzichten om het allemaal iets draaglijker te maken? Feel free to share!

lilith evalueert zich een eind weg

“Het gaat eigenlijk behoorlijk goed met mij”, zei ik deze middag tegen mijn psychologe. “Heel goed zelfs, al bij al”.

Als je sommige dingen achter elkaar zet zou je nochtans anders kunnen vermoeden. Ik ging voluit voor een nieuwe werkuitdaging, sloot er met de nodige spijt in het hart andere opdrachten van fijne opdrachtgevers voor af, en moest na drie weken terugkomen op de beslissing die ik met zoveel enthousiasme had genomen. Auwtsch. Er zijn gezondheidsproblemen bij mensen die ik graag zie, en ook al lijkt alles nu behoorlijk onder controle, de diagnose van een paar maanden geleden blijft wat ze was. Niet goed. Hoe graag ik en de mensen die ik graag heb ook zouden willen dat het anders was. Er was het afgelopen jaar, dat zowel voor mij als mijn teergeliefde zwaar was, om het met een klein understatement te zeggen. Er waren dieptepunten die zo diep waren dat ik er niet goed van was.

Maar er was ook: een fantastisch mooie zomer, die onverwacht kwam en waar misschien daarom extra hard van werd genoten. Er was een eigen bolide en ik die er eindelijk mee durf rijden, zodat ik mezelf verbaas en geniet van de ontdekking dat dat toch een gemak is, autorijden. Op mijn tweeëndertigste, maat. Er is een baby die in een heerlijke peuter aan het veranderen is. De fijne opdrachtgevers waren er nog altijd toen ik op mijn beslissing moest terugkomen, en ze bleken even goede vrienden als ze altijd waren geweest. Er waren fijne avonden met lieve mensen, en plots zijn er zelfs weer plannen en lijstjes en vooruitzichten die best aangenaam zijn. Een trip naar Londen op mijn alleentje, binnenkort, om dingen bij te leren, bijvoorbeeld. Er komt een nieuwe blog aan, die ik nu al zo mooi vind dat ik niet kan wachten om hem met jullie te delen. Er is een werkuitdaging die even spannend als “tihihihihi” is.

Dus ja, het gaat behoorlijk goed met mij, eigenlijk. Sometimes you have to get knocked down lower than you have ever been to stand up taller than you ever were, om het in de taal van Molière te zeggen.

bestgoed.jpg

Een mens zou het nog bijna gaan geloven ook.

lilith lijkt wel tegenstrijdig

Vorige week stond er een edito van mijn hand in Flair.

flair_edito.jpg

Gisteren stapte deze ongelooflijk toffe supervrouw in alle vroegte op de weegschaal, voor het eerst in een behoorlijk lange tijd. En zag ze een foutboodschap, in plaats van een cijfer. “Hopelijk door een lege batterij, en niet omdat de weegschaal me wil sparen”, zei ik tegen Youri toen ik er zonder resultaat weer afstapte. Maar ik was er toch niet gerust in. Er moesten batterijen gezocht, en snel, zodat ik wist waar ik voor stond, na twee weken bourgondisch verlof.

Moet ik nog diëten, dan, na mijn maagverkleining? Is het niet goed zoals het is? Kan ik niet gewoon tevreden zijn met mijn rondingen, en practicen wat ik preach?

Wel.

Ik heb, zoals jullie misschien weten, een kind gebaard. Doordat dat kind in mij zat, en ik vooral in het begin van mijn zwangerschap honger als een Dothraki had, kwam ik wat kilo’s aan. Dat veroorzaakte ei zo na kortsluiting in mijn hoofd, tot de dokter bij wie ik op maandelijkse controle moest me ervan vergewiste dat dat nu eenmaal is wat gebeurt als je zwanger bent: je wordt dikker. Dat wil niet zeggen dat je daarom weer even gigantische proporties hoeft aan te nemen als voor je maagverkleining. Maar de oude demonen waren wel wakker, en ze tikten met een gigantisch akelige grijns op mijn schouder.

Van de achttien kilo die volledig af te schuiven zijn op dekselse Dexter zijn er op dit moment nog acht over. Dat betekent dat ik tien kilo meer weeg dan het laagste gewicht dat ik dankzij mijn maagverkleining had zien te bereiken. Al bij al ça va nog, want doorgaans kom je nadat je op je laagste gewicht zit tien procent weer bij. Dat is mij voor mijn operatie tot in den treure ingepeperd, en ik zit daar zelfs nu, meer dan vijf jaar na incisie, nog onder. En toch.

Ik wil toch ooit in mijn leven eens in de buurt komen van een gezond BMI, jongens. Geen idee waarom. Niet omdat ik dan kleren kan kopen in normalemensenwinkels, want dat kan ik doorgaans wel, met mijn maat 42. Ik weet ook wel dat daar het geluk niet ligt, in dat cijfertje. Ik weet wel dat ik ongelooflijk blij kan zijn als ik gezond leef en me bewust ben van wat ik in mijn mond prop, en een beetje beweeg, en als dat resultaat oplevert in de vorm van strakheid, dan is dat enkel maar mooi meegenomen.

So there.

Ik probeer niet te hard te zijn voor mezelf. Dan geef ik op, namelijk. Ga ik in “boehoehoe zie je wel dat ik het niet kan!”-modus. Ik volg geen dieet, wegens dat ik daar even hard in geloof als in Jezus Christus en de kerstman. Ik eet wel zo clean mogelijk. Nog steeds geen vlees thuis, en voor de rest probeer ik alles dat uit de fabriek komt zo veel mogelijk links te laten liggen, en minder brood en pasta te eten. Vooral dat laatste vind ik een geweldig grote uitdaging. Ze noemen mij immers niet voor niks “lilith- boterhammen en spaghetti- van Tales from the Crib. Op dit moment wordt brood bij het ontbijt vervangen door havermout en fruit, en komt er alleen nog volkoren pasta en bruine rijst in huis. Ook nog: geen alcohol tijdens de week. (auwtsch) En een paar keer gaan sporten. En niet elke dag op de weegschaal, maar een keer in de maand. Af en toe eens honger durven hebben, in plaats van elke mogelijke leegte vullen met een mini Snickers. The works.

Ik zal mezelf vast niet toffer vinden als ik tien kilo minder zie te wegen, ik ben namelijk al best tof. Kijk maar.

ikbenaltof.jpg

En ik verwacht ook niet dat jullie dat doen, maar geweldig veel heb ik niet te verliezen. Of toch wel: als ik een gezond BMI wil bereiken, exact 18 kilo.

Start zeg ik!
(Al is tien ook al ongelooflijk super, laat ons dat afspreken. En vijf ook.)

lilith schrijft nieuwsbrief veertien

Lieve Dexter,

vandaag ben je exact veertien maanden in ons leven. Veertien! Dat wil zowel zeggen dat de tijd waarin ik elke morgen paniekerig wakker werd OMDAT IK EEN BABY HAD :aah: stilaan voorbij is, en ik me zelfs nog heel moeilijk kan voorstellen hoe het ook al weer was zonder jou. Rustig, geloof ik, en met boeken lezen en chillen enzo.

We moeten daar eerlijk over zijn: je vader en ik waren er bij aanvang van ons verlof van overtuigd dat het maar een kwestie van dagen was voor we in tranen naar de crèche zouden bellen om te vragen of ze toch niet weer wilden opendoen. Omdat we het niet meer aankonden. En moe waren. En op, na een paar dagen met ons humeurig handjevol.

nb14_4.jpg

Wij zagen ons verlof op voorhand vooral als vreselijk hard werken, en iets waar we door moesten. Wat bleek, lieve schat? Sinds jij kan stappen is alles zo hard omgeslagen dat wij echt waar vreselijk hard genoten hebben. Van ons verlof, maar boven al ook van jou. Je bent een zonnetje sinds je kan stappen, Dexter. Correctie: sinds je kan stappen én praten.

Het begon met één woordje, en toen twee, en sinds een week of drie komen er elke dag woordjes bij. Je vindt het even zwaar de max als wij: jij zegt iets, en wij snappen je. We hebben ze geteld: op dit moment ken en gebruik je meer dan twintig woorden. Luister je onze gesprekken af, en moeten we opletten wat we zeggen, wil je ons niet met de neus op de feiten drukken. Want hey moeder en vader, jullie zeiden toch net “buggy”?! *stormt schaterend richting de gang om er zich in te gaan zetten en luid “BOOOOOGY!!” te roepen*

Echt waar Dexter, je bent één brok energie en levenslust, en je knorrig humeur heeft deze vakantie plaats gemaakt voor ondeugend gedrag en een neusje dat constant krult van de lol en de anticipatie.

nb14_2.jpg

Er zijn zelfs al kleine obsessietjes going on. Voor poezen, die jij “pssssss” noemt, en voor tauto’s. De poezen beperken zich tot onze tuin, met dank aan de nieuwe buren die drie volwassen katten en een nest kleintjes meebrachten. Sindsdien ben jij de poezenspotter van onze crib. Je ziet ze altijd en overal, en dat vertel je ons om de tien seconden met gigantisch veel enthousiasme.

nb14_3.jpg

Over gigantisch veel enthousiasme gesproken. Tauto’s. OVERAL TAUTO’S. Als je je ogen opendoet ’s morgens is het je eerste woord: “tauto”. Aja, want je hoort ze buiten. Ik kan je ’s morgens haast je fles niet geven omdat je na elke slok stopt met drinken om “tauto!” te zeggen. En na je fles moeten we naar tauto’s kijken op Youtube. Zodat mijn favorieten ondertussen vol zitten met Formule 1-races en trailers van Cars. En één filmpje waarmee ik drieduizend moederbonuspunten wist te scoren: iets met een tauto die OOK NOG EENS EEN PSS IS! UIT JAPAN! Mijn god, dat was de beste dag uit je hele vakantie, vriendje.

nb14_1.jpg

Om maar te zeggen: je bent een pateeke, Dexter. Het zal raar doen om je niet meer elke dag bij ons te hebben, en je vader en ik hadden op voorhand nooit kunnen denken dat we met zoveel tegenzin een eind aan onze vakantie met drie zouden breien. Ik zou gelijk direct tekenen voor nog een paar weken, jong.

Dikke zoen,

Je mama