Kent u het?
Het gevaar dat routine heet?
Dat je niet meer onzeker op de hometrainer kruipt, maar met een zwierige zwaai ondertussen ook nog eens het gewenste programma intoetst en je zadel verhoogt. Dat je plots zonder nadenken staat te stretchen aan het klimrek alsof je het al jaaaren doet. Dat je niet eens meer knikt als je de magere vrouw met de spieren ziet, omdat ze er zo vaak is dat ze gewoon deel uitmaakt van het interieur. Het is jammer dat het moest gebeuren, maar het gebeurde. Mamie en ik, wij stonden aan de rand van de sleur. En we fietsten.
Het zat zo: onze personal trainer Johan had ons al enkele fitnessbeurten op een laffe manier verwaarloosd. Soms moest hij ‘dringend weg’, soms was hij al dringend weggegaan voor we aankwamen, en als hij er wel was en wij met ogen vol verwachting in zijn richting keken op zoek naar sportieve aanmoedigingen kon er alleen een “Gaat het?” vanaf. Wij staken teleurgesteld onze duimen omhoog en fietsten voort. Waarna Johan vertrok naar ÈÈn of andere groepsles spinning of body attack waarvan wij met onze onaangepaste conditie enkel konden dromen. U ziet van hier dat wij onze schouders lieten hangen van sleur en routine. Want dat fietsen en dat buikspieroefenen tot morgenochtend hadden we ondertussen ook wel gezien. Kwam er nog wat? Was dit het nu, dat wereldje van special K eten en de calorieÎn van je gestoomde boontjes wegtrainen? Was dit nou later?
“Moeten jullie nog lang?” sprak iemand in mijn richting.
“Ach man laat mich grust” wilde ik met hangende schouders zeggen. Dit was mijn hometrainer, ik kende hem door en door en ik was potverdorie nog maar zeventien minuten bezig. Hier voelde ik me veilig. Gewoon trappen en verder niks. Recht het ravijn van de sleur in. Alsof iemand erom gaf, man!
“Je mag afstappen en met mij meekomen” klonk het iets strenger. Ik keek op en zag een niet helemaal uit de kluiten gewassen jonge mansmens in sportkledij. ‘En jij ook’ wees hij naar mamie. ‘Hey klootzak, zo tegen mijn moeder is tegen mij, duidelijk.’ dacht ik diep vanbinnen. Maar dat maakte toen al helemaal niet meer uit.
Van het ene moment op het andere waren we overgeleverd aan de willekeur van een ware beul, die ons op alle mogelijke toestellen reeksen van 15 liet doen. Eerst ontploften mijn kuitspieren. Ik keek angstig rond. Achter de balie was Johan plots opgedoken. Hij keek me bemoedigend aan. “Waarom Jehan? Waarom?!” deed ik met mijn ogen. Johan keek terug alsof hij juist mijn lievelingskonijn had vermoord omdat het myxomatose had, en het beter was zo. In mijn hart hoorde ik iets knakken. Het bleek de triceps van mamie te zijn.
Meer dan een uur beval de onbekende jongen ons dingen te doen die niet helemaal koosjer waren, in my opinion. Maar we deden het, voor Jehan. Na dat uur overhandigde de jonge manspersoon, die mamie en ik ondertussen stiekem al Petrik noemden (achter zijn rug, hihi), ons een pepiertje met ons nieuwe zeswekelijkse trainingsprogramma.
Waar we dus niet hadden achter gevraagd, ofzo!
Maar ik zag dat Jehan trots was, de mallerd.
“Wat vond je van de stagiair?” vroeg hij, na afloop van het hele afbeul-allegaartje.
“Het was wel chill, Jehan”, zei ik.
En samen keken wij mijmerend naar de de grote glazen pot met graanrepen.
We hadden elkaar teruggevonden, mamie, onze personal trainer en ik, ver over alle vormen van routine heen.
Super!
:)
als Lilith haar spieren nu anvoelen zoals de mijne vrees ik dat er nooit nog een deel 4 komt.
:)
Oh jonges toch, dit stuk is zalig.
En nog iets: de man op de foto…waar is zijn weewee? The rumours are true! TRUE! Aaahhh!
Ai ai en net nu mijn lief en ik hadden besloten om intens te gaan fitnessen!