lilith zit in een wormgat

Het is best vreemd, hoor.
De laatste weken loop ik constant mensen tegen het lijf uit mijn verleden!
Het begon zachtjesaan, met een bezoeker uit een middelmatig ver verleden. Ik zat in de stationshal en zag plots iemand op me af komen waarvan je denkt hmm wie is het wie is het toch ook al weer? Bij mensen uit een niet zo heeeul ver verleden weet je het wel snel hoor: ‘he, het is iemand uit mijn verleden en het iiiiiiiiis …’, zeg je dan. En dan herinner je je meestal weer wie het is. Eens je weer weet wie het is kun je wel honderden dingen samen doen, zoals samen de trein nemen naar een verre bestemming en vertellen dat je in Ter Zake bent geweest. Het is altijd leuk om mensen te ontmoeten die je maximum twee jaar niet meer hebt gezien.

Maar toen werd het dus ingewikkelder, want toen kwamen er plots mensen uit een verder verleden mijn levensweg kruisen. Mensen die ik al niet meer had gezien sinds like… 1998! Ofzo. Dan heb je meer zoiets van hey wat kijk je zo lang in mijn richting wat heb ik van je aan misschien wie is het oh het iiiiiiiiiis….waaaaaaaarschijnlijk…. iemand van vroeger? En dan weet je het dus helemaal niet. Dan kan het al net zo goed iemand zijn die ooit nog in je favoriete broodjeswinkel in Gent heeft gewerkt of iemand die in het derde leerjaar op de bank achter je zat. Nadat je het ambetante gevoel hebt weggewuifd met een vrijblijvend knikje kan je gelukkig weer rustig verder met je gewone leven, want ik vind: je bent gewoon helemaal niks verplicht tegenover mensen uit 1998. Zeven jaar is definitely een goede verjaringstermijn voor vriendelijkheid.

Maar daar stopte het natuurlijk niet bij. Het was gewoon een voorbereiding op. Dit weekend werd ik geconfronteerd met twee personen uit een nog verder verleden dan 1998. Nu vraag ik je! Waar komen die plots allemaal vandaan? Vanmorgen stond ik godbetert plots oog in oog met de orthodontist die mij tien jaar geleden tweewekelijks op het hart drukte dat ik mijn nachtbeugel moest dragen.
Dat was wel een beetje een teleurstelling, dat besef. Bij het eerste moment van herkenning dacht ik namelijk dat ik dokter Jan van de Wouden uit Medisch Centrum West in levende lijve zag. ‘Hey, waar is Reini?’ wilde ik nog grappen, maar toen besefte ik dus dat het mijn ex-orthodontist was, die dus alleen maar heel erg goed op Jan van de Wouden lijkt. Tien jaar geleden ook al. Sommige associaties vergeet je niet hoor.
En toen bladerde ik door de krant en zag ik dat mijn favoriete cafÈbaas uit mijn middelbare schoolcarriËre erin stond! Hij was overleden. Maar hij stond er dus wel in! Bij onze laatste ontmoeting was 1998 nog een futuristische gedachte die we wegspoelden met een glas frisse SAS-pils. Maar ook SAS brengt geen mens onsterfelijkheid, zo blijkt maar weer.

Wat speelt er toch in de kosmos, denk je dan? Omwille van welke duistere redenen kruisen onze wegen plots? Is het verhaal nog niet af? Behalve van de cafÈbaas, dan. Maar zelfs dat. Weet je natuurlijk maar nooit.

Reacties

  1. Ha, een jaartje geleden zei iemand: ‘Haa, die jessie, hoe gaat ’t ermee?’ En ik stond terug te gapen met een blik op oneindig.
    Ik zweer het, ik had die persoon NOG NOOIT VAN MIJN LEVEN gezien. Denk ik. Ofzo. * zucht *

Reageer zelf

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>