Het lijkt vast alsof ik in de fase zit van doen alsof weight watchers er nooit is geweest, maar dat klopt niet helemaal, gelukkig. Jullie reacties na mijn nogal depri post van twee weken geleden kwamen aan, net als een paar andere zaken die me deden inzien dat ik mezelf de laatste maanden weer ernstig aan het voorbijlopen ben. Dat dat maar zichtbaar wordt als ik een lijst maak van wat ik allemaal van mezelf verwacht. Het is benauwelijk, vint. Zo benauwelijk dat ik zwaar met mijn hoofd zou schudden met een “kind toch, focus u eens op een paar dingen in plaats van op dertig” als ik een vriendin hetzelfde zou zien doen.
Mijn werk, dat als freelancer niet altijd zo op elkaar is afgestemd dat ik me er chill doorheen kan werken. Mijn kind van zestien maanden, die deze week voor de tweede keer in korte tijd zo goed als de hele week ziek thuis moest blijven van de crèche. Mijn blog, die ik doodgraag zie, dat weet je, maar die zichzelf niet onderhoudt. Een paar keer per week willen sporten. Elke dag vers en vegetarisch koken. Een kilo per week willen afvallen. Liefst op de juiste plaatsen. Mijn sociaal leven onderhouden. Het eeuwige plannen en organiseren om het allemaal rond te krijgen. Het feit dat ik mezelf niet eens toelaat om ’s avonds tv te kijken, omdat ik niet snap hoe ik anders alles gedaan zou krijgen dat ik wil gedaan krijgen. En dat is nog maar een tipje van mijn ijsberg.
En altijd weer het gevoel dat ik niet genoeg moeite doe. Dat het toch niet genoeg is. Dat ik sneller moet afvallen, vlugger strak moet worden. En waarom eigenlijk?
Oke, ik zou trots zijn op mezelf als ik erin zou slagen om tien kilogram af te vallen. Maar moet ik nu ook niet trots zijn op mezelf? Waarom doe ik het dan niet? Zal ik geweldig veel gelukkiger zijn als ik tien kilo minder weeg? Ik betwijfel het soms. Dus, wat nu? Het ding is, ik besef na mijn vorige post vooral dat mijn focus niet juist ligt. Ik focus op mijn uiterlijk. Terwijl ik eigenlijk gewoon wat gezonder moet proberen te leven. En wel zal zien waar het me dan brengt.
Geef ik op? Neen. Ik ben wel gestopt met punten tellen, omdat ik het zo beu was als koude pap en het me echt te veel deed focussen op wat ik in mijn mond stak, waardoor ik dan weer meer ging eten dan nodig. En ook: ik weet onderhand wel dat cracotten ’s ochtends beter zijn dan brood.
Ik ben dus niet meer op dieet. Ik eet wel heel gezond. Een paar uitspattingen, zoals een Bicky Burger op een avond waarop ik laat thuis kwam van een interview, buiten beschouwing gelaten. Soms is er gewoon nood aan een Bicky Burger. Het goede nieuws is: ik ben me veel bewuster van wat ik elke dag in mijn mond stop. Eet ’s middags dingen als dit, in plaats van belegde broodjes en spaghetti bolognese.
Hier was trouwens wel een grote kom versgemaakte soep bij, dat jullie niet denken dat ik anorectisch ben. Alsof jullie ooit zouden denken dat ik anorectisch ben.
Maar goed, ik zie wel. Ik probeer zoveel mogelijk koolhydraten te schrappen, niet te veel alcohol te drinken, mijn vreetbuien te beperken tot een paar crackers met smeerkaas en een mandarijn. De druk om snel in een maat 38 te passen is een druk die ik onder deze omstandigheden eigenlijk best even kan missen. Dus laat dat dan even het cadeautje aan mezelf zijn, in plaats van die vijf kilogram minder. Het zijn er op dit moment trouwens nog altijd drie. Zoals twee maanden geleden ja, goed geteld. Het hadden er ook drie bij kunnen zijn ook, waar. Zeggen we dan.
Maar goed, hoe vlot het ondertussen bij jullie?