Eerst en vooral: merci voor het geduld. Nadat ik de vorige post schreef begon mijn lichaam tegen te spartelen. Ik kreeg behoorlijk wat last van wat volgens mij spanningshoofdpijn was, en ik was ook heel moe. De ideale triggers om me heel zielig te voelen en mezelf te vertellen dat eten waar ik zin in had toch echt wel keihard gepermitteerd was. Resultaat: weinig beweging, een ander eetpatroon dan ik normaal hanteer, en een weegschaal die me toonde wat daar de gevolgen van zijn.
Het voelde gek om in die week te bloggen over afvallen, maar tegelijk was het perfect geweest als mijn agenda niet zo door elkaar was gehusseld. Toen ik van mijn hoofdpijn af was, lag ik dinsdag plots in bed met koorts en een keelontsteking. En bedacht ik me dat het nu wel helemaal leek alsof ik een big reveal zou doen die het wachten helemaal waard was. Lilith heeft de code gekraakt om eindelijk gewicht te verliezen en JE GELOOFT NOOIT WAT HET IS!
Niet dus he, mannen. Zoals ik al zei: er is geen groot geheim, alleen wat inzichten waarvan ik merk dat ze me helpen. Het waren ook die inzichten die ervoor zorgden dat de besognes van vorige week er niet voor zorgden dat ik voor de honderdste keer van een wagon viel, maar dat het al bij al maar een blip op de radar was. Een blip die me weliswaar twee kilo extra opleverde op de weegschaal (drama!), maar ook een blip waarbij ik iets niet deed dat ik al heel mijn leven wel doe in dergelijke situaties. Het riedeltje afspelen. Je kent het riedeltje niet? Ik al te goed. It goes a little something like this: “Zie je wel. Ik kan het weer niet. Dit heeft geen zin en ik zal nooit afvallen. Ik ben daar niet voor gemaakt en mijn lichaam doet nooit wat ik wil. Ik doe keihard mijn best, en wat levert het me eigenlijk op? Dit is te moeilijk en ik heb er geen tijd voor en zin in en ik zou beter blij zijn met hoe ver ik al ben gekomen en blijven eten zoals anders.”
Deze keer heb ik gedaan wat ik de laatste maanden constant doe. Ik heb me afgevraagd of al die verhaaltjes waarin ik me dan altijd wentel wel ergens op slaan. Eigenlijk niet zo erg, als ik eerlijk ben: mijn zelfmedelijden zorgde ervoor dat ik minder gezond at dan anders, en amper mijn zetel uitkwam. Ik sliep veel. Er is niks mis met mijn weegschaal en ook niet met mijn lichaam, en zo lang ik blijf geloven dat dat wel zo is zal ik me blijven afvragen waarom ik nooit geraak waar ik wil zijn. Die twee weken waarin ik minder mijn best deed zijn geen ramp, zo lang ik ze niet als een excuus gebruik om weer een paar maanden “normaal te eten”.
Dat normaal eten, dat hemel ik trouwens altijd op, terwijl het eigenlijk niet zo normaal is, en me ook heel wat ongemakken bezorgt. Ik eet niet per se geweldig ongezond, het probleem is eerder dat ik om duizend redenen eet, maar zelden omdat ik honger heb. En ik eet te vaak suiker en bloem, twee dingen waar mijn lichaam zeer slecht tegen kan.
Zoals ik al zei: er is geen magisch dieet en ook geen truc, er waren de afgelopen maanden gewoon een hoop inzichten die als een puzzel in elkaar zijn gevallen.
Hoe ik aan die inzichten kwam? Ik las veel. Dit boek heeft bijvoorbeeld veel veranderd. Net als de podcasts van mensen als Brooke Castillo en Corinne Crabtree, omdat ze niet zozeer focussen op wat je wel en niet mag eten (dat weten de meeste mensen zelf ook wel), maar op hoe je ervoor kan zorgen dat je je beter voelt, zodat je niet constant al je miserie moet wegeten. Of drinken. Of shoppen. Mindset dus. Ook ik kreeg lang jeuk van dat woord, maar sinds ik dit boek van Carol Dweck las, ging dat plots veel beter.
Inzichten zijn één zaak, ze omzetten in de praktijk is iets anders. Ik had het gevoel dat ik een stok achter de deur kon gebruiken, voor de momenten waarop ik weer tegen mezelf begon te zeggen dat het allemaal geen zin had en ik moest leren om content te zijn met het gewicht dat ik had. Ook al ging dat gewicht vooral omhoog omdat ik vaak walgde van mijn zogenaamd gebrek aan zelfdiscipline en wilskracht. Resultaat: altijd weer teleurgesteld. Niet blij als ik op dieet was, en niet blij als ik niet op dieet was.
En toen bedacht ik me dat Jess, een kennis van in de tijd toen ik nog scrapbookte (remember that?), ondertussen een praktijk had als diëtiste en body & mind coach. In Zonhoven wel, dat was minder handig. Maar tegelijk: met het internet is toch veel mogelijk? Dus mailde ik of ze eventueel ook offline begeleidingen deed, rond emo-eten. Dat deed ze. Sindsdien heb ik een diëtiste die me nog nooit op de weegschaal heeft doen staan, en met wie ik zelden praat over wat ik eet. Wel over waarom ik eet. Goed ook, want dat vind ik veel interessanter.
Al die zaken zorgden dus voor een allegaartje van inzichten. Niet echt regels, maar wel dingen die ik in mijn achterhoofd houd als het gaat over hoe ik eet en leef.
Dit zijn mijn belangrijkste inzichten:
- Het gaat meer om waarom ik eet dan om wat ik eet.
Corinne Crabtree heeft me geleerd om te eten als ik honger heb, en te stoppen als ik genoeg heb. En me elke keer als ik wil eten die vraag te stellen: heb ik honger, of wil ik een ambetant gevoel wegeten? Als het het laatste is, dan wacht ik tot het over gaat. Dat wil ook zeggen dat ik niet mee ontbijt met mijn gezin. Ik eet pas als ik honger heb, en soms is dat rond de middag. Soms eerder. Aan de mensen die me vroegen of ik nog 5:2 doe: neen, maar wel een paar dagen per week 16:8. Dus stoppen met eten om acht uur ’s avonds, en weer eten rond de middag. Lukt perfect. Heb ik toch razende honger voor de middag, dan eet ik mijn vast ontbijt. Ik plan elke ochtend wat ik wil eten als ik honger heb. Waarover straks meer. - Het gaat meer om wat ik doe nadat ik een “fout maak” dan om geen fouten mogen maken.
Ik zat lang in het gekende patroon van aan een streng dieet beginnen met do’s en don’ts, en als ik een zogenaamde fout maakte, dan knalde het riedeltje van hierboven door mijn interne luidsprekers.
Jess heeft me geleerd dat te rigide zijn en over eten nadenken in termen als “goed” en “fout” niet zo gunstig is voor hoe ik me voel als ik dan eens iets eet dat zogenaamd fout is. Ik kon heel kwaad zijn op mezelf als ik me had voorgenomen om geen ijsje te eten, en dan toch de helft van het ijsje van Flo opat omdat zij na drie likken genoeg had en ik het niet wilde weggooien. Jess heeft me geleerd dat ijsjes net zo goed bij mijn leven horen als wortels, en dat het kwestie is van bewust kiezen, en er dan ook keihard van genieten. Op die manier zie ik het niet meer als een fout, maar iets dat erbij hoort. Af en toe eet ik een ijsje, en dan probeer ik dat te doen zonder enige vorm van schuldgevoel. Op het huwelijksfeest van mijn nichtje heb ik gesmuld van het dessertbuffet, en at ik frieten van het frietkraam, en de dag erna voelde ik me absoluut geen totale failure. Ik was content, en begon weer met mijn gezondere protocol. De angst voor dat soort “gevaarlijke situaties” neemt zo zienderogen af. De gedachte dat ik maar één zo’n avond nodig heb om alle pedalen kwijt te spelen ook. Dat geeft zeer veel rust. Vanavond ga ik eten, ik weet niet wat het zal zijn, en ik ben niet bang. Dat betekent veel, ge kunt het niet geloven.
Negentig procent van de tijd eet ik geen suiker, maar als ik er eens eet, dan is dat zo. Geen drama meer. Hoe de max, na al die jaren. Dat het zo weinig betekent. - Hoe ik tegen mezelf praat is van levensbelang voor hoe ik me voel.
Dit gaat niet alleen over de riedeltjes die weinig anders opleveren dan dat ik me zo slecht en mislukt voel dat ik niet anders kan dan mijn gevoelens wegeten. Dit gaat ook over woordgebruik. Hoe je dingen benoemt is zo belangrijk. Iets kan een totale ramp zijn, maar ook gewoon “minder handig”, zoals Jess vaak zegt. Meer eten dan je je had voorgenomen kan betekenen dat je een mislukkeling bent, of dat je meer hebt gegeten dan je je had voorgenomen.
Ik ben voorzichtig geworden met hoe ik dingen benoem voor mezelf. Een mindere dag is niet meer dan dat. Iets eten dat ik niet had gepland is een moment om bij te leren. Ik probeer nieuwsgierig te zijn, en niet te veel te oordelen. Omdat ik vaak moet denken aan die keer dat Jess me zei dat het verschil tussen onkruid en een bloem ook niet meer is dan een oordeel. True dat. En oordelen en verwachtingen maken heel veel dingen vaak onnodig lastiger dan ze zouden moeten zijn.
Neen, ik ben nog niet van mijn weegschaalfixatie af, en ja, ook daar werk ik aan. Sommige dagen zou ik willen dat ik tegen ’s avonds al al mijn gewicht kwijt was, en op andere besef ik dat dit geen quick fix is, en er dus geen paniek nodig is. Wat komt, komt. Het is niet superdringend, en ook geen noodgeval. Wat ik mezelf ook soms wijsmaak als de weegschaal WEER NIET BOUGEERT. (sorry, Youri!) - Hoe ik me voel is van levensbelang voor wat ik doe.
Ik heb de neiging om te eten als ik me slecht voel. Of oncomfortabel. Dus is het belangrijk om ervoor te zorgen dat ik me beter voel. Dat werk is belangrijker dan het zoveelste dieetboek kopen. Ik weet wat gezond eten is. Ik moet alleen leren om mezelf minder hard aan te pakken, en om bepaalde gedachten niet meer te aanvaarden. Als ik mezelf voor de zoveelste keer hoor denken dat ik het niet kan en het geen zin heeft, dan fluit ik dat stemmetje terug. Dat gaan we niet doen vandaag. Omdat het een rechte lijn is naar zelfmedelijden en slachtoffergedrag. Terwijl niemand eten in mijn mond steekt. Dat kies ik zelf, en vaak op basis van wat ik denk en hoe ik me voel. Al een chance dat dat dingen zijn waar je zelf invloed op hebt. - Zin hebben is geen vereiste.
Mensen vragen me vaak wat ik doe als ik geen zin heb om gezond te eten of te sporten. Als ik het gepland heb, dan probeer ik het toch te doen. “Do it anyway” is een van mijn favoriete mantra’s, want als ik alleen sport of gezond eet als ik er zin in heb, dan doe ik het zo goed als nooit. Dus zin hoeft niet. En bang of onzeker zijn mag. Net als twijfelen. En het toch doen. - Een plan is altijd handig.
Als je van je vaak vastgeroeste patronen afwil, dan moet je ervoor zorgen dat je erover nadenkt voor je te moe bent of te veel beslissingen hebt genomen om er nog een bij te nemen. Ik probeer mijn leven zo simpel mogelijk te houden. Ik slaap veel, want dat heb ik nodig. Ik probeer echt te achterhalen of ik honger heb. Dus eet ik of geen ontbijt, of altijd hetzelfde. (skyr met fruit, weer een keuze minder) ’s Middags eet ik of een grote salade of maaltijdsoep. ’s Avonds iets van eiwitten met minstens twee soorten groenten. Zo zien de meeste van mijn dagen eruit. Als ik alleen eet als ik honger heb, eet ik maar af en toe een snack, en meestal is dat fruit. Ik drink geen frisdrank. Ik probeer te eten uit honger, niet om mezelf te troosten of te entertainen. Ik probeer te leren uit mijn ervaringen. Als ik moe ben of triest, dan wil ik eten. Als Youri ’s avonds begint te snoepen ook. Dan probeer ik thee te drinken en ervoor te zorgen dat ik niet zonder nadenken heel de kast leegeet. Lukt soms helemaal niet, maar meestal wel redelijk.
De meeste dingen zijn duidelijk. Duidelijk is goed. - Net als mildheid als het plan niet wordt gevolgd.
Soms wijk ik af van mijn plan. Als ik mezelf toch geweldig zielig vind, bijvoorbeeld. Dat hoort erbij. Daarna raap ik mezelf weer samen, en herneem ik het plan. Zonder drama, liefst.
Of ik plan het bewust in. Op die manier at ik heel de zomer lang elke week een ijsje. Gesmaakt jongens, gesmaakt. Soms eet ik frieten mee van de frituur. Wat ik nooit meer doe is de dag erna janken tegen Youri omdat ik frieten at van de frituur. Ik kies dat immers zelf.
Ik jank ook niet meer als iedereen pizza eet, en ik niet. Dat kies ik ook zelf. Het scheelt een veste voor iedereen.
Jess vergeleek gezond eten eens met het ouderschap. Daar streef je niet naar perfectie, maar naar zoveel mogelijk goede keuzes. Een dag is nooit helemaal perfect of helemaal slecht. Dat is met gezond eten net zo. Je kunt altijd bijsturen. Ook doorheen de dag. Als ik ’s ochtends onverwacht een chocoladekoek moet eten (ook dat moet nooit echt, maar als ik mezelf dat wijsmaak), dan kan ik ’s middags een slaatje eten, en dan is dat beter dan nog een chocoladekoek. Om het met de woorden van mijn favoriete Texaanse Corinne Crabtree te zeggen: “You’re not gonna die or get pregnant!“.
Dat ik achtendertig jaar ben moeten worden om dat door te hebben. - Sport is tof. Voor mijn hoofd. Dat is genoeg.
Ik probeer drie keer per week iets te doen. Dat mag van alles door elkaar zijn. En vooral: het moet niet opleveren in termen van gewicht. Ik doe het voor mijn hoofd. Ik voel me beter als ik gesport heb. En dat levert uiteindelijk ook op als het gaat over voeding. Het hangt allemaal aan elkaar, maar als ik alleen sport om te vermageren, dan valt dat veel te hard tegen. En dan ga ik voorbij aan de essentie. Dat sport tof is. En dat je moet sporten als het kriebelt. Dat dat al genoeg is op zich.
Ik wil geen dieet meer volgen, ik wil vooral een manier van eten en leven creëren die vol te houden is voor altijd. Die tof is, liefst. Meestal toch. Als ik niet bereid ben om het altijd zo te doen, dan doe ik het niet meer. Dus horen er ook frieten en ijsjes bij, en leer ik mezelf om niet meer bang te zijn voor zogenaamd slecht eten.
Magnums zijn te lekker om je slecht over te voelen, zeker als ik ze met mijn dochter kan opeten op een verloederde parking.
Als ik dan toch een geheim heb, dan is het dat ik mezelf graag probeer te zien terwijl ik nog niet helemaal ben waar ik wil zijn. En dat ik gestopt ben met grandioos falen, omdat dat zelfs niet meer kan. Na een minder handige dag kies ik meestal gewoon weer voor een handigere. Omdat de tijd toch passeert, en ik me nu ook weer niet zo dolletjes voel als ik me overgeef aan hersenloos eten om mijn negatieve gevoelens weg te duwen. Waarna ik me nog negatiever voel, en nog meer eet.
Is het gemakkelijk? Lang niet elke dag, maar het is een prijs die ik graag betaal, omdat het alternatief ook niet zo gemakkelijk is.
De inzichten die hierboven staan helpen mij enorm, maar dat wil niet zeggen dat ik ze elke dag volg. Het is vaak een geval van “do as I say, not as I do“. Na al die jaren kan ik daarmee leven, met die terugvallen en patronen die er zo hard zijn ingesleten dat er tijd nodig is om ze te veranderen.
Dat ik iemand achter de hand heb die me met de voetjes op de grond zet op dagen dat ik mijn weegschaal alsnog door het raam wil gooien, helpt ook. Iedereen een coach, zeg ik.
Het leven zou zo vaak zo veel minder zwaar aanvoelen, los van dat lichaamsgewicht.
Iemand vroeg me nog hoe ik erin slaag om te eten zoals ik eet, met twee jonge kindjes en een man die weinig lust. Door te meal preppen, een goed plan te maken op zondag voor de hele week, en vaak nog iets extra voor mezelf te koken. Of een slaatje te halen. Of een ei te bakken. Soep is ook een maaltijd.
Denken in oplossingen kan heel veel schelen.
Je moet alleen bereid zijn om het te doen.
Ik hoop dat dit iemand helpt, dat zou zeer tof zijn.
En goed nieuws: als je helemaal tot hier hebt gelezen, dan ben je volgens mij al een halve kilo kwijt. :aah:
Dit.had.ik.ZO.nodig. Post-eerste baby is mijn gewicht hoger dan ooit en is het moeilijk om mezelf graag te zien. Maar ik probeer routines te maken en jouw ‘duidelijkheidsfilosofie’ gaat mij hier heel erg op weg helpen… Thanks a million!
Dat boek van je brein, dat heb ik ook. Geweldige aanrader. Stond niet veel in dat ik nog niet wist, maar zo alles eens duidelijk bij elkaar zien staan, dat helpt. Bij mij ligt het boek op mijn nachtkastje, als ik me weer eens een periode wat heb laten gaan (vaak omdat ik me idd minder goed in mijn vel voel), dan lees ik nog eens een hoofdstuk en beginnen we er ’s anderendaags opnieuw met goede moed aan. Dat boek en de boeken van Pascale, blij dat ik op die manier kan eten. Ik heb trouwens niet echt overgewicht maar wat en hoe ik eet bepaalt wel enorm mijn gemoedstoestand en mijn energieniveau en het neemt zo veel stress weg, want koken kan zo eenvoudig zijn als je wat plant.
Zo mooi en herkenbaar. Ik ben 37 en ik kom ook nu pas voorzichtig tot deze inzichten dankzij de coaching van een droom van een diëtiste die niet kijkt naar het gewicht. Je verwoordt heel mooi de transformaties in het koppeke die zich stilaan ook mijn overtuiging worden! Well done…
Dit had ik geschreven kunnen hebben! Ale dat eerste deel dan toch. De oplossingen, daar was ik zelf nog niet aan uit. Maar je geeft me motivatie. Yes we can and yes we are pretty and funny and … Dankjewel voor dit! Ik had het nodig.
Helemaal gelezen en ik vond het geweldig! Ga ik ook proberen toe te passen, want na drie zwangerschappen is er één en ander blijven hangen.
Als een weegschaal verslaafde, maar wel eentje die de knop in het hoofd heeft kunnen omgooien dat ze nu meer of minder mag eten, afhankelijk van het getalletje en hoe ik mij voel.
1-2kg bij op een zeer korte tijd is zeer zelden het gevolg van ‘meer eten’ voor mij. Wat ik wel gemerkt heb, dat er soms ‘plotseling’ 1 kg meer kan zijn, zonder dat er gezondigd was of minder gesport. De beste korrelatie is meestal met ‘stress’. Het verdwijnt ook meestal gelijk sneeuw voor de zon, als de stress wegvalt.
Ik was vroeger een grote emo eter en ik kan nu zeggen, dat deze schommeling te extreem is om toe te schrijven aan echte ‘vet’ gewicht toename.
zo chique voor jou dat je je draai daarin gevonden hebt!
Wijze woorden! Tot inzichten die bijna de puzzel maken, ben ik ook al gekomen. Het in praktijk omzetten, is wat anders…
Een boek dat ik aan iedereen kan aanraden is ‘Het antidieetboek’ van Gerrit-Jan Groothedde.
Zelf ben ik onlangs op eigen initiatief in 3 maanden tijd zo’n 15 kg lichter geworden (het betrof overgewicht en nu zit ik terug binnen de normale BMI-waarden). Bovenvermeld boek is gewoon de perfecte verwoording van mijn visie op de dingen!
Wil je meer lezen over mijn ervaringen met dit boek? Dan ben je altijd welkom om een kijkje te nemen naar het volgende artikel op mijn blog: https://www.hebban.nl/spot/world-of-tau/nieuws/project-tau-light
Ik kan er niks aan toevoegen ;-)
Maandag tweede weegmomentje bij de diëtiste, ben benieuwd.
Wat mij enorm helpt: weekmenu maken, aan collect and go doen (geen verleidingen die de kar in vliegen) en een eetdagboek bijhouden.
Ik viel vroeger ook in die valkuil als ik eens gezondigd had: ‘Zie je wel, ik heb geen karakter.’ Sinds ik terug naar de diëtiste ga, schrijf ik die zondiging (vrijdag na school met collega’s roséwijntje en chips…) op in m’n eetdagboek en begin ik de volgende dag gewoon weer op de gezonde manier. Sporten lukt hier nog niet zoals ik het graag zou willen. De wekelijks geplande zwembeurt met een collega kon al 2 weken niet doorgaan, maar ik ga wel elke dag met m’n elektrische fiets naar school. En daar moet ik dus naar kijken hé: de dingen die al veranderd zijn i.p.v. de perfectionist te willen uithangen. Wat ik vooral merk sinds ik terug anders eet: pakken meer energie jong! Ook dat fietsen kan er voor iets tussen zitten: ik kom thuis met een lijf vol zuurstof en ik ben precies veel productiever… Boek: ‘Breek met hoe je eet’ in m’n winkelmandje gestopt trouwens ;-)
Ik besef ineens dat al die inzichten ook heel erg toepasbaar zijn op hoe vreselijk perfectionistisch ik ben in mijn werk, waardoor ik tegenstrijdig genoeg enorm veel tijd en en energie verlies en uiteindelijk minder doe dan ik had gezworen op voorhand, waardoor ik denk dat alles toch verloren is, waardoor… enzoverder.
Dikke merci om dit te delen! Hele wijze raad en inzichten die ik voor mezelf ook eens ga proberen toe te passen.
Efkes artikel terug komen zoeken om merci te zeggen voor de Corinne Crabtree-tip. GAMECHANGER! Zo simpel, toch zo moeilijk en zo nodig… De eerste twee kilo zijn er af na 2 weken, enkel en alleen nog maar door de honger-tip toe te passen. Gaat goed hier!
I looooove Corinne. Super gedaan!
*rent naar de weegschaal om dat te checken*
Ik ben nog niet waar jij nu bent, maar ik ben wel al zover dat ik niet meer wil of geloof in diëten. Iedereen moet zijn gezonde levensstijl vinden. En ik ben nu volop op zoek naar die van mezelf. Vooral dat waarom-eten, dat blijft ne moeilijke.
Wauw! Heel mooi geschreven, oprecht uit het hart. Inspirerend voor heel wat mensen, om weer wat milder te durven zijn! Dank je om dit te delen :)