Tag Archives: alcohol

#lockdownlessen: over alcohol en mildheid

Kunnen we allemaal overeenkomen om de lat voor wat beschouwd wordt als “een alcoholieker” tijdelijk wat hoger te leggen?“. – komiek Conan O’ Brien, vanuit quarantaine.

Een goeike, gelijk we zeggen, een paar weken geleden op Twitter.

Hell do we feel you, rosse vriend. Als we dan toch voor onbepaalde tijd in semi-lockdown zitten, dan zijn de feiten helder: om dit te doorstaan zullen er shitloads aan drank en eten aan te pas moeten komen. Alles dat drie maanden geleden normaal was, is weg. Verdoven lijkt de enige optie.

Ik snap het.

Een paar jaar geleden had ik knal hetzelfde gedacht. Ik zou die gedachte vol overgave omgezet hebben in actie, en een set nieuwe regels over eten en drinken. Zoals in de luchthaven, waar warm eten en een cocktail om half tien in de ochtend valabele keuzes zijn. It’s always COVID-19 somewhere, dus het ware zeer de vraag geweest of het dan wel nog nodig was om te wachten tot elf uur voor den aperitief.

Het zou gevoeld hebben als een vorm van mildheid. Zelfzorg zelfs. Niet te streng zijn ook, het is per slot van rekening wel een pandemie. Onze eerste. We zijn dat nog niet gewend. Terwijl het natuurlijk het tegenovergestelde van mildheid is.

Om dat te beseffen moet ik bijna vier jaar gestopt zijn met alcohol drinken, zo blijkt.

Ik dronk niet uit mildheid, maar omdat ik een klootzak was tegen mezelf.

Ik dronk omdat ik absoluut niet kon verdragen dat ik het soms lastig had.

Ik dronk omdat ik het zagende en klagende kind in mij wilde verdoven en lamleggen, zodat het zweeg.

En als ik dan gedronken had, dan voelde ik me alleen al daardoor zo slecht, dat ik zo snel mogelijk weer wilde drinken, om er niet te veel over te moeten nadenken.

Het was van alles, maar mildheid was het niet.

Ik dacht dat ik kinderen van vlees en bloed kreeg, maar ze zijn voor een deel ook gemaakt van weerspiegelend materiaal. Het zijn kleine handspiegeltjes die me doen inzien dat het geen zin heeft om hun ambetantigheden te verdoven door er grote hoeveelheden cola of chips in te duwen.

Dat werkt even, en daarna knallen die ambetantigheden als een bal die je onder water probeerde te duwen in je wezen. Eerst moest ik leren om een arm rond mijn kinderen te leggen als ze bang, moe of overprikkeld waren. Ik had dat anders geleerd, dus dat was niet simpel en ik leer het nog elke dag. Om “vertel eens” te zeggen in plaats van “STOP NU MET WENEN HASTEN”.

Stoppen met drinken was leren om een arm rond mezelf te leggen op de momenten dat ik het lastig had, zonder te verdoven of te zeggen dat ik moest stoppen met zagen. Het was me afvragen wat ik nodig had, en dat durven vragen of nemen. Het was voelen en neen leren zeggen. En dat te doen al struikelen en strompelen.

Stoppen met drinken gebeurt vaak in stilte. Het is geen verhaal van grote pieken en festiviteiten omdat je al een jaar bent gestopt, of twee. Ik weet uit ervaring dat wie wat kilo’s afvalt vaak niet weet waar gekropen van het enthousiasme en de complimenten van buitenstaanders, maar dat wie stopt met drinken het eerder met gefrons en bezorgde blikken moet doen.

Ook dat is oké. Ik vier het met mezelf. In mijn hoofd. In hoe ik nu leef.

Af en toe, als ik wakker word na een avond waarop ik mezelf een paar jaar geleden compleet lazarus had gedronken, en zo blij ben met geen kater en geen slecht gevoel over de avond voordien. Als ik besef dat deze lockdown heel anders had kunnen zijn, als ik mezelf nog altijd wijsmaakte dat ik het alleen verdoofd aankon.

Soms is het een flits van contentement en trots, soms overvalt het me harder en zou ik kunnen wenen van blijdschap om de weg die ik heb afgelegd. Ben ik zotcontent met die ene beslissing die duizenden andere wegnam. Wel of niet bezatten vanavond? Niet. Ik ben gestopt. Helder. Ik wens het iedereen die worstelt toe.

Deze pandemie, we hebben hem niet gewild. Hij was er.
Soms zouden we willen doorspoelen, of onder een steen willen kruipen tot het over is.
Soms denken we dat we wat hierna komt niet aankunnen.
Pre-traumatische stress, heet dat.
De gedachte is mij niet vreemd.
Ik heb bijvoorbeeld lang gedacht dat een leven zonder alcohol geen optie kon zijn. Dat ik te veel zou verliezen.
Er waren momenten in mijn leven die zo lastig waren dat ik ze amper dacht aan te kunnen.

Nu weet ik, en ik meen het, dat het mijn meest waardevolle momenten waren. De breuklijnen. De cesuren. Het worstelen en struikelen en soms vier keer na elkaar tegen dezelfde muur knallen.

Ik wilde niet dat mijn moeder en mijn schoonmoeder jong zouden sterven. Ik was liever niet in een post-natale depressie gerold na de geboorte van mijn eerste kind. Als ik had kunnen kiezen aan het begin, dan had ik vast niet voor een burn-out en verschillende verslavingen en een maagverkleining en nog een hoop schijnbare obstakels gekozen. De vraag is of het echt obstakels waren. En zoja: op welke weg dan.

Ik was nooit zo gelukkig geweest in mijn job nu zonder de vele aanpassingen die ik doorheen vele jaren deed na mijn burn-out op mijn 25ste. Het is een werk dat toen begon, en waarmee ik nooit ben gestopt. Het was een startpunt, net als de dood van mijn mama, net als de dag dat ik in therapie ging omdat mijn baby niet stopte met huilen en ik ook niet meer.

Deze pandemie, met al het verdriet dat erbij komt. Alle kwetsbaarheden die worden blootgelegd. Wij hebben dit niet gekozen, maar het is er, voor ons allemaal. Dat is vreselijk, en fascinerend en soms mooi en soms helemaal niet. Dat is van alles door elkaar.

Daar kun je op heel verschillende manieren mee omgaan, zie ik elke dag.
Ik ben erg bezig met het thema van privilege en wat dat nu betekent, waarover later vast nog meer. Je kunt zeggen dat iedereen onder dezelfde omstandigheden leeft en dit beleeft, maar dat is natuurlijk helemaal niet zo. Was het maar zo.

Dat heb je lang niet altijd te kiezen.

Ik denk wel dat je altijd kunt kiezen hoe je over iets denkt.

Als iemand als Viktor Frankl, die de Holocaust overleefde, het heeft over dat de ruimte tussen stimulus en respons je vrijheid geeft, ook in de ergste omstandigheden, dan ben ik mee.

Controle is een illusie. Nu, en altijd al.
Chronisch piekeren dan weer een belabberde manier om met angsten om te gaan. Ik heb ondertussen geleerd dat het geen enkel effect heeft op de toekomst, maar wel op het huidige moment. Dat het waar is, ook al klinkt het wat te wollig om iedereen aan te spreken: dat wat je aandacht geeft, groeit.

Dat je kan kiezen om hoopvol te zijn of net niet, los van je omstandigheden.
Ook nu.
Dat het niet strafbaar is om elke dag de slappe lach te hebben tijdens een pandemie. Dat dingen tegelijk rottig en mooi kunnen zijn.

Dat je niet verplicht bent om te ondergaan en te reageren. Ik weet dat ik geen leuker mens ben door heel de dag doom en gloom te lezen, dus doe ik het niet.

Dat wat je je hoofd voedt, minstens even belangrijk is als wat je eet en drinkt.

Dat dingen vaak lastig zijn door de woorden en de taal die we eraan geven.

Dat de vraag “hoe is dit zonder woorden?” veel weghaalt, waardoor alleen wat er is overschiet. Dat dat soms verrassend is, als je vastzit in je eigen hoofd.

Dat het oké is om je niet oké te voelen.

Dat het kan dat je meer doodsangsten uitstond voor het gewone leven van een paar jaar geleden, toen de baby niet stopte met huilen, dan nu, zoveel jaar verder temidden van een pandemie. Dat je niet naar andere mensen moet kijken om te beslissen of je nu in paniek wilt zijn of niet. Dat je dat zelf kan kiezen.

Dat het in het leven niet draait om je altijd dolletjes voelen en al de rest wegduwen, zo hard je kan. Met verdoving als alcohol of eten. Dat het juist gaat om te leren dat het oké is om je niet oké te voelen.

En dat radicaal te accepteren. Dat we misschien denken dat we afgelopen paasvakantie in Italië hadden moeten zitten op vakantie, en dat het door dat stomme virus niet kon zijn. Hetzelfde met de scholen en de educatie van onze kinderen. Maar dat we nooit in Italië hadden gezeten. Dat onze kinderen nooit op school zouden gezeten hebben.

We dachten het, maar we hadden altijd al in quarantaine gezeten nu, alleen wisten we dat toen nog niet. Er is geen “zoals het had moeten zijn”, er is alleen zoals het is.

Wie zich verzet tegen de realiteit, verliest niet alleen honderd procent van de keren, hij wordt er vaak ook niet bepaald gelukkiger van.

Dat geldt voor nu, en voor de rest van ons leven.

Je kunt denken dat je veel gaat reizen na je pensioen. Dat je daar recht op hebt. Misschien dacht mijn mama dat wel. Ze stierf toen ze 47 was. Nog jaren verwijderd van dat waar ze misschien recht op dacht te hebben.
Ook dat is het leven.
Het is deel van de deal.

Ik ben elke dag blij dat ik mezelf niet lam moet leggen met alcohol, en ook dit mag meemaken.

Net als al de rest.

Als ik zou moeten kiezen, ik koos hiervoor. Als ik mijn geld zou willen terugvragen, dan had ik niet eens een been om op te staan.

En dat is helemaal oké.

I’ll take it, met alles dat erbij komt.

Disclaimer: Ik ga de komende tijd wat thema’s delen die bij mij spelen, tijdens de lockdown en anders. Ik hoop dat mensen die worstelen steun vinden, en na het lezen van mijn ervaring beseffen dat er een weg terug is. Dat hulp vragen het moedigste is dat je in sommige omstandigheden kan doen. En dat je niet alleen bent, al voelt dat misschien zo. Vraag hulp. Begin klein. Erken. Schaam je niet. Zeg eens wat vaker “vertel eens” tegen jezelf, en wees bereid om echt te luisteren.

Hoe lilith de feestdagen doorkomt zonder alcohol

IMG_0080Als er een vraag is die me bijna heeft tegengehouden om iets meer dan twee jaar geleden te stoppen met het drinken van alcohol, dan is het het gevreesde “Waarom drink jij eigenlijk geen alcohol?“.

Ik dacht dat iedereen die zag dat ik een glas fruitsap nam in plaats van mijn good old wit wijntje dat zou vragen, en ik had toen, op een moment waarop ik heel hard aan het twijfelen was, geen zin om op die vraag te antwoorden. Dus was het misschien een beter idee om gewoon te blijven drinken, ook al had ik steeds meer het gevoel dat dat glas witte wijn me vaker ongelukkig dan gelukkig maakte. Stel je voor dat iedereen constant dacht dat ik zwanger was! The horror.

Op de een of andere manier ben ik toch gewoon gestopt, zijn we twee jaar en een paar maanden verder, en wordt die vraag waarvoor ik zo angstig was veel minder gesteld dan ik vreesde. Niet iedereen is met jouw unieke persoontje bezig, Deriemaeker.

Tegelijk: de afgelopen weken wordt hij me wel weer vaker gesteld dan in alle tijd ervoor. Waarom? Omdat het feestdagen zijn, denk ik, en de cava al eens zonder vragen in mijn handen wordt geduwd, waarop ik die teruggeef en mensen me raar aankijken en zich afvragen wat mijn probleem is.

Het gekke is: er is niet echt een probleem. Of toch wel, maar als ik er eerlijk op antwoord dan merk ik dat mensen vaak ongemakkelijk reageren. Soms zeg ik: “Oh, ik heb genoeg alcohol gedronken voor de rest van mijn leven“, wat mensen een beetje doet lachen.
Zeg ik dan weer iets als “omdat ik een hele tijd te veel dronk, en erg alles of niks ben, waardoor ik nooit kan stoppen na een glas wijn“, dan voel ik dat mensen denken dat ik ermee aan het rammelen ben. Dat ik het in het belachelijke trek, terwijl dat de enige waarheid is. Alleen lijkt het gekker om te zeggen dat je een probleem had met alcohol en er iets aan hebt gedaan, dan om gewoon door te blijven drinken.

Er zijn een paar reacties.
Lachen en wachten tot ik zeg waarom ik echt niet drink. (het zal vast wel iets met antibiotica zijn, of misschien is ze toch zwanger! *kijkt subtiel naar buik*)
Zeggen dat je zelf ook al serieus bent geminderd.
Zeggen dat je dat ook zou willen, maar niet kan.
Zeggen dat je toch niet alles kunt laten in het leven. #YOLO

Ik ben meestal erg bereid om uitleg te geven bij mijn verslavingsgevoeligheid, maar het wordt daar vaak toch wat te ongemakkelijk voor. Waardoor ik ook weer ongemakkelijk word. Ik ben nogal een overnemer van gevoelens, ongemakkelijk of niet. Alcohol helpt daar gelukkig bij. Oh wait. 

Voor de rest heb ik zonder zeveren nog geen seconde zin gehad in alcohol deze feestdagen, of afgelopen zomer, of op andere momenten waarover ik had gevreesd dat ze vast maar niks zouden voorstellen zonder. “It is well to yield up a pleasure when a pain goes with it“, sprak Publilius Syrus vele jaren geleden, en ik denk dat hij gelijk had.

IMG_0017Op kerstavond zat ik een alcoholvrije gin tonic te drinken naast mijn vader -ondertussen ook al bijna een jaar zo goed als alcoholvrij- en neen, ik heb hem niet gepusht. Het was tof, ik werd niet zat en hij ook niet. ’s Ochtends sms’te hij me dat hij het zo leuk en gezellig had gevonden, en ik deelde die mening. Na voorgaande edities deelden wij vooral katers, en geloof me: dat scheelt toch. Zeker als je twee jonge veulens hebt rondlopen die niet aan uitslapen doen.

Ik zou dus niet van doorkomen spreken, maar van floreren.
Had ik dat allemaal eerder geweten, mijn lever was me zo dankbaar geweest.
En ik mezelf ook.

Als ik jullie niet meer hoor, geniet van de laatste uren van het jaar, met of zonder een glazeke, en zorg vooral dat je kiest voor waar jij zelf deugd van hebt. Onward en upward!

Tournée Minérale: dag 536

IMG_4885Wie deelneemt aan Tournée Minérale, de maand zonder alcohol, heeft op dit moment nog minder dan tien dagen te gaan. Zoals jullie hier al lazen heb ik mezelf getrakteerd op een levenslange Tournée Minérale, en dus komt er bij mij geen einde aan. Het zotte is dat ik dat met de dag minder erg vind.

Sterker nog: ik denk er amper nog over na.

Nog het vaakst als ik naar mijn zoekresultaten kijk. Mijn blogpost over stoppen met alcohol is de tweede meestgelezen blogpost van het afgelopen jaar op Tales from the Crib. Ik moet u niet uitleggen wat dat wil zeggen, waarschijnlijk. Dat wil zeggen dat ongelooflijk veel mensen naar hier komen via zoekopdrachten als “ik wil stoppen met drinken” en “hoe weet ik of ik verslaafd ben aan alcohol”. Ook vaak “jonge mama drinkt te veel”. Ik lees veel tussen die lijnen. Ik herken veel tussen die lijnen.

Net daarom wilde ik er vandaag nog eens over schrijven. Niet zozeer voor Google, al kan ik enkel hopen dat iemand die zelf sukkelt op deze post uitkomt en er een sprankel hoop in vindt. Wel omdat ik er al zo vaak over aangesproken ben door mensen die zich schaamden. Ik vind dat niet nodig. Maar ik snap het wel.

Juist daarom had ik niet verwacht dat er een dag zou komen waarop ik naar een feestje zou vertrekken zonder “Wat heb ik aan een feestje? Ik kan niet eens alcohol drinken” te denken. Laat staan dat het zo snel het geval zou zijn. Maar het is nog steeds zoals ik een tijd geleden zei: eens ik doorhad dat ik het ook best zonder kan was het probleem bijna direct weg. En het was een probleem, dat schreef ik hier al. Een probleem van heel veel energie stoppen in nadenken, meten en wegen. Een probleem van mezelf wijsmaken dat ik me niet kon amuseren zonder alcohol. Dat ik alcohol nodig had om even te bekomen van mijn dagelijks leven.

IMG_5197

Dat dagelijks leven is er de laatste maanden niet kalmer op geworden. Maar ik ben wel van het gesukkel met alcohol af. Ik ben klaar met op de rem gaan staan omdat ik denk dat ik niet goed bezig ben, en dan weer van de rem af te stappen omdat ik vind dat ik dat potverdorie heb verdiend.

En neen, het is niet zo dat stoppen met drinken ervoor heeft gezorgd dat ik mijn zaakjes helemaal voor elkaar heb. Ik ben ook niet miraculeus slanker geworden (eventjes wel, maar die kilo’s heb ik er deze winter weer aangegeten van pure bouwstress), maar ik ben wel trots dat ik mezelf niet meer wijsmaak dat het niet lukt zonder mezelf om de zoveel tijd eens half tot ernstig te verdoven met witte wijn.

Het is raar om te beseffen dat ik vroeger iemand was die alles leuker maakte met drank. Of dat toch dacht. Onlangs zag ik op een stockverkoop van kinderschoenen alle verkoopsters om elf uur op zondagochtend in de cava vliegen. Zo veel lol dat daar was, ineens. Dat was ik, dacht ik. Er was altijd een goede reden om er een fles drank tegen te gooien. Er staan nog altijd flessen wijn in de keuken. Van vroeger, die nog altijd niet op zijn. Af en toe gaat er nog eens een geut in de saus. Het doet me niks meer. Hoe weird is dat? (ik moest trouwens ook aan deze geweldige blogpost denken. Lezen, zulle)

De overarching mood? Blij. Content. Opgelucht.

Wat hielp? (en dat is erg persoonlijk, besef ik)

  • een man hebben die niet drinkt. Youri dronk al weinig, en toen ik stopte stopte hij mee uit solidariteit. Al eens een vriendin in een groepje hebben zitten die het ook niet doet is ook soms fijn. Ik kan me voorstellen dat altijd weer de enige zijn met een glas spuitwater op café niet makkelijk is, maar ik ben dat meestal niet. Terwijl ik vroeger toch echt zeker wist dat iedereen dronk.
  • focussen op de voordelen. Het is zoals toen ik stopte met roken: ik probeer het niet te zien als niet mogen, maar niet meer moeten. Geen katers meer moeten doorspartelen. Geen keuzes meer moeten maken. Me niet meer schuldig moeten voelen. Bij mij werkt dat.
  • de mechanismen snappen. In het begin heb ik veel gelezen over alcohol en wat het met je doet. Dat soort inzichten helpt bij mij ook. Net als lezen dat anderen ook sukkelen en het toch deden.
  • dat ik zelf de knoop heb doorgehakt. Dat ik daarvoor een paar keer op mijn bek ben gegaan. Dat niemand het voor mij deed.

Ik wens alle deelnemers aan Tournée Minerale nog heel veel succes met de laatste week. Ik ben ook altijd benieuwd naar de ervaringen van anderen, dus deel die zeker in de reacties hieronder.

Ik wens iedereen die hier nu of in de toekomst terecht komt via de zoekmachines veel courage met alles. Het is allemaal lang niet altijd simpel, maar dat wil niet zeggen dat het niet kan.

Hoe ik weet hoe lang ik gestopt ben? Daar heb ik een app voor, natuurlijk. En zo heb ik wel meer hulpmiddeltjes om het makkelijker te maken.

 

Deze post maakt deel uit van de 40 dagen bloggen-challenge. Dit is dag 7/40. 

Op dag 450 zonder alcohol

IMG_0064

  • denk ik er zo goed als nooit meer bij na, bij dat geen alcohol drinken. Was het de eerste weken nog iets waar ik rekening mee hield, als in “Oh neen ik heb een feestje of ik moet op restaurant en ik mag niks drinken hoe raar” komt het nu veel minder bij me op. Er zijn feestjes en etentjes, zoals afgelopen vrijdag, en dan zijn er mensen die iets drinken en dan zijn er mensen die niks drinken, zoals Youri en ik. Ik heb geen idee of ik saaier gezelschap ben geworden, maar ik denk eigenlijk van niet. Ik ben in elk geval alerter gezelschap, dat aan het einde van de avond nog weet wat ze zegt en doet.
  • ben ik zeker na zo’n feestje nog altijd zo blij met de ochtend die erop volgt. Helemaal fris wakker worden zonder wee gevoel in mijn maag of het gevoel dat ik echt wat minder had moeten drinken is nog altijd keihard de max. Ik kan het iedereen aanraden.
  • krijg ik nog steeds alcohol als cadeautje, wat best gek is, want zowel Youri als ik drinken geen alcohol. Ik zie het intussen als een vorm van wisselmunt. Als ik ergens word uitgenodigd neem ik de gekregen fles cava gewoon weer mee voor iemand die wel drinkt.
  • voel ik me emotioneel stabieler, en ook fysiek voel ik me oké.
  • heb ik het allemaal eigenlijk veel minder vaak moeten uitleggen dan ik op voorhand vreesde. Ik dacht echt dat ik elke keer de vraag zou krijgen waarom ik niet drink, of waarom ik nog altijd niet drink, of me zou moeten verdedigen omdat ik een gigantische droogstoppel ben geworden. Maar niks is minder waar. Ik krijg er soms een compliment over uit onverwachte hoek. Het zorgt voor gesprekken met mensen die me toevertrouwen dat ze ook wat sukkelen met hun gebruik. Het wordt me wel soms eens gevraagd als ik de enige op een feestje lijk met een glas spuitwater in haar hand, en dan leg ik het uit en krijg ik vaak te horen dat anderen “zouden willen dat ze dat ook konden”. Maar eerlijk? Zo moeilijk was het allemaal niet, en ik kon er nochtans weg mee.
  • ben ik niet van plan om te herbeginnen. Gek genoeg is die gedachte nog geen enkele keer door mijn hoofd gegaan. Op voorhand was ik er behoorlijk van overtuigd dat het een zwaar gevecht zou worden met mijn goesting in een koud glas Chardonnay, maar dat is het tot nu helemaal niet geweest. Mijn huis staat nog altijd vol flessen waar ik nog geen enkele keer gevaar in heb gezien. Eens de knop omging en ik begon in te zien dat ik me net zo goed amuseer zonder alcohol was het zo goed als een walk in the park. Zonder strompelen of tegen een boom moeten leunen om mijn maaginhoud over mijn schoenen te ledigen. Een hele nieuwe wereld ging voor me open.
  • kijk ik zelfs niet op tegen de feestdagen. Dat had ik dus echt niet verwacht, dat ik het geen ramp zou vinden om nuchter aan de feestdis te zitten. Ik vind het allemaal op een andere manier leuk. Een rustige, gecontroleerde manier. Had ik dat op voorhand geweten, ik was volgens mij nog eerder gestopt.

Hoe ik weet hoe lang ik gestopt ben? Daar heb ik een app voor, natuurlijk. En zo heb ik wel meer hulpmiddeltjes om het makkelijker te maken.

Hoe zit het met diegenen die op mijn vorige post lieten weten dat ze ook graag wat wilden minderen? Is dat gelukt, of was het lastig? Iemand iets gedaan met de challenge van Lien? Ik lees het graag in de reacties hieronder.