Monthly Archives: februari 2006

lilith krijgt een C4

worka4.jpg“We zouden jullie heel graag houden, maar we snappen ook dat er nadelen verbonden zijn aan een verhuis naar een nieuwe locatie, en dat we waarschijnlijk enkelen van jullie zullen kwijtspelen”.

Ik zag enkele collega’s met verstomming geslagen worden en na mijn eerste “waheyhey, dan moet ik niet meer honderd miljard keer bellen naar zaakvoerders en alles! YEHEAH BEEJBIE!”-gedachte begon het traag door te dringen dat ik zo maar eventjes mijn job kwijtben. Weliswaar de minst favoriete van mijn twee jobs, maar ook wel de job die ervoor zorgt dat ik mijn allerfavoriete schrijfwerk kan blijven doen zonder op droog brood te moeten leven.

Ik vatte de koe bij de hoorns en gooide als eerste de stelling op tafel dat ik inderdaad niet van zin was om elke dag een uur langer onderweg te zijn naar een job waar ik eigenlijk al maanden vanaf wilde, ware het niet dat het me steevast aan tijd en goesting ontbroken had om mijn vege lijf weer te grabbel te gooien op de arbeidsmarkt. Maar nu kon ik niet anders, dus te grabbel gooien zou ik, en nog geen klein beetje!

En zo kwam ik opnieuw terecht in de wereld die “hele dagen de website van de vdab checken” heet, op zoek naar een job die inhoudelijk liefst zo ver mogelijk verwijderd is van geweldige carriËremoves als roommeester, zandstraler, olifantenverzorger, vollen bak uumperdink en – god beware mij- helper in de prei-oogst. Had ik me daar in mijn jonge jaren nog tafereeltjes bij voorgesteld met knappe boerenzonen in de hoofdrol, dan roept het heden in mijn mid-twenties vooral beelden van vieze nagels, lelijke donssnorren en slijkerig parret bij me op.

De arbeidsmarkt is een vuile beeste, milledjuue!
Maar als u nog ergens een westvlaams jobje van een uur of twintig per week weet zijn waarbij ik niet rechtstreeks in aanraking dien te komen met mannen met enige vorm van slechte hygiÎne, u roept!

Edit: session expired zegt hij.. Daar gaat mijn baantje van IT-er in een middelgrote KMO. (n)

muziekjes

ipod40gb_girl.gifMuziek moet je mee naar buiten nemen, vind ik. Want binnen gaat muziek dood.

Geen enkel liedje klinkt mooier dan als het via mijn iPod als een soundtrack over de stad wordt gedrapeerd waar ik op dat moment doorwandel. Hoe ik me dan ook voel, op dat moment, in die stad, het liedje maakt het beter. Dan maakt het eigenlijk niet eens meer uit hoe de soundtrack van mijn wandeling klinkt: mijn kadans en ikzelf passen ons graag en makkelijk aan aan een leuke melodie.

Ik hou van kleine, broze liedjes die het verdienen om met zachtheid behandeld te worden.

Ik smelt bij singer-songwriters met alleen maar een stem en een gitaar. En een boodschap die aan me blijft plakken.

Ik hou van de huppelliedjes uit AmÈlie Poulain die ervoor zorgen dat ik eigenlijk gewoon rond een lantaarnpaal zou willen draaien. Om de drie stappen een poging doen om met mijn hielen tegen elkaar te tikken, zonder na te denken over hoeveel kans ik maak om op mijn gezicht te gaan. Accordeon in je oren maakt de wereld een pak mooier, en de moeilijke dingen luchtiger. En het is gewoon fijn te weten dat niemand hoort wat jij hoort, en dat jij dus eigenlijk het meeste geluk hebt. Het allermeeste geluk van de hele wereld, wat oren betreft.

Ik zweer bij Nederlandstalige liedjes die heel erg hun best om de moeilijkheid van zingen in het Nederlands te overstijgen. En die dat, net omdat het zo moeilijk is, vaak zo fenomenaal mooi doen. Ik wandel graag met de brekende stem van Stef Bos dicht bij mijn oren, en mijn hart maakt een sprongetje als ik de broertjes Kommil Foo hoor voorbijkomen. “‘dit geloof je nooit, ‘k zit weer in die kroeg, waar je me zei dat je me nooit verlaten zou, je schreef het met krijt, hier op de muur, en god het staat er nog altijd”. Liedjes maken een stad soms mooier, terwijl diezelfde stad een zwaarmoedig nummer plots licht kan maken.

Maar ik word net zo makkelijk verliefd op de zingende zinnen van Spinvis en Yevgueni.
En zelfs Twarres klonk daarnet door de autoradio weer mooi.

EÈn ding is zeker: elk nummer klinkt honderd keer beter dan een maand geleden nu de zon er weer op schijnt en de volumeknop weer luider mag. U moet het echt een keer proberen, voor het weer begint te sneeuwen.

lilith en de te gekke vondsten

Het zijn de kleine dingen die een verhuis toch de moeite waard maken.
Aanschouw het meest grijsgedraaide cassetje in de geschiedenis van de cassetjes!

vondsten_kl.jpg

Wat ik mij dan na al die jaren plots weer afvraag: wat kostte dat zo, een cassetje met liedjes op? Was dat veel minder dan een cd nu? Kunnen de oudjes onder mijn lezers zich hier even nostalgisch over uitspreken, aub?

En droom ik, of heb ik vanmorgen toch echt een streepje zon op mijn arm gevoeld?

overpeinzingen bij een verhuis

    Waterkoker.jpg

  • we moesten en zouden in den tijd een waterkoker hebben, want waterkokers zijn retehandig, naar men zegt. Een waterkoker was meteen ook het eerste toestel dat we kochten toen we gingen samenwonen, want hoe de wereld ooit was blijven draaien toen er nog geen waterkokers bestonden, het was ons een volledig raadsel. Besef na twee jaar: we hebben desbetreffende waterkoker welgeteld nog geen enkele keer gebruikt, omdat wij blijkbaar geen gezin van minute soepjes en snelle koffie zijn. En het was nochtans de mooiste waterkoker die ze toen in de winkel hadden staan.
  • ik heb net een hele hoop te gekke snufjes ontdekt toen ik mijn keukenlade ledigde. Ik had echt geen idee meer dat ik beschikte over een gestroomlijnde taartschep, een flesopener compleet met oortjes van Mickey Mouse op en alles, een ding om zakken chips te sluiten (wie zou nu ooit een zak chips willen sluiten?!), wel twee dingen die het pellen van een appelsien zouden moeten vergemakkelijken (terwijl ik zweer bij handmatig pellen. Handmatig pellen boven alles!), een breinaald en iets met het logo van Hak op dat ik met de beste wil van de wereld niet kan thuisbrengen.
  • een mens zou zichzelf elk jaar eens de vraag moeten stellen: hebben wij dat hier allemaal eigenlijk wel nog nodig? En het antwoord op die vraag kan best confronterend zijn.
  • wat ben je met een Alessi-suikerpotmannetje als je nog nooit suiker op tafel hebt gezet? En wat zegt dat over mijzelf en mijn persoonlijkheid, dat ik nog nooit suiker op tafel heb gezet? En u, hoeveel keer heeft u de laatste twee jaar suiker op tafel gezet? En hoe zit dat met uw dierbaren?
  • breekbare dingen inpakken in materiaal dat dat breken zou moeten tegenaan is zowat het meest hatelijke werkje dat ik de laatste jaren heb ondernomen. Bijna even hersendodend als die keer dat ik de verf van een houten vloer moest krabben met een krabbertje
  • welk ander vlaams huisgezin zou in het bezit zijn van een pot Nutella van drie kilo, een broodrooster die een liedje zingt terwijl hij systematisch mickey mousehoofdjes in je bokes brandt, de champagneglazen waarmee Sam Gooris en Harry Van Barneveld in Big Brother vips een toren moesten bouwen Èn een boekje met foto’s van vreemde ronde punten in Engeland?

toekomstperspectief

garden bench.jpgNu we binnenkort verhuizen wil ik ineens vanalles en nog wat worden.

Iemand met zo’n toonzaalkeuken bijvoorbeeld, vol gelijke potjes die gevuld zijn met pasta en kruiden. En in die keuken kastjes vol keukenmateriaal dat mooi gestapeld staat, en gebruikt wordt in plaats van vergeten. Zo iemand zijn, dat lijkt me best wat. Ik wil graag een vrouw zijn met een funky maar ordelijk bureau, en een prikbord in plaats van honderd rondslingerende blaadjes vol kryptische omschrijven als “Elskens FranÁois bellen!!!” en “532 rijst met kip en curry”. Graag wil ik in mijn nieuwe huis veranderen in iemand die voldoende tijd heeft om met plezier haar huishouden te doen, af en toe een keer een cake te bakken en zingend naar de fitness te vertrekken met een hippe fles Evian in mijn tas. Ik wil iemand worden die van bloemetjes houdt en in de zomer op een bankje in haar tuin boeken leest.

Maar de lente, is die dood ofzo?

time is ticking… awaaahaaay

klokke.jpgToen leaf en ik gisterenmiddag broodjes gingen halen voor onze harde werkers en in de stad mensen zagen die door winkelstraten liepen en dingen dronken in tea-rooms kwam het besef hard aan: wij maken al een lange tijd geen deel meer uit van het gewone, dagelijkse leven. En toch blijft dat leven ook zonder ons gewoon doorgaan.

De enige winkels die wij de laatste weken hebben gezien zijn de supermarkten waar we aan een razend tempo doorvliegen om toch maar zo weinig mogelijk tijd te verliezen, de Brico Plan-it en het winkeltje waar we onze huishoudapparaten hebben gekocht. De laatste keer dat ik een tea-room of andere drankaangelegendheid van binnen heb gezien moet ergens eind 2005 geweest zijn. Ik heb geen idee hoe de nieuwe collectie eruitziet in de winkels waar ik vroeger wekelijks wel eens binnenwandelde, de solden zijn ook al grotendeels aan mij voorbijgegaan en mijn flesje Gucci-parfum is al twee weken leeg en ik heb nog geen tijd gevonden om ergens een nieuw te gaan halen. Om van mijn kapsel maar te zwijgen, dat al van voor nieuwjaar dringend moet bijgewerkt worden, maar waarschijnlijk nog een maand of twee in deze twilightzone zal blijven hangen. En hangen doet het.

Deze week dient heel ons hebben en houden nog in dozen worden gepropt (want ook daar hebben we nog zo goed als geen tijd voor gehad), de kat moet op vakantie naar mijn ouders, wij op vakantie naar youri’s ouders, ondertussen worden alle mansmensen ingeschakeld om alles dat nu nog in de crib staat boven in de nog onbewoonbare nieuwe crib te gaan zetten, in de oude crib moet nog ’t een en ’t andere herschilderd worden en ondertussen heb ik nog acht artikels te schrijven en foto’s te vinden tegen volgende week woensdag. Naast mijn ander telemarketingwerk, dat spreekt. Ow, en heb ik al verteld dat onze elektricien erin geslaagd is om dit weekend ziek te vallen, waardoor alles dat al veel te laat was nog eens opschuift naar nog later?

Als u mij dus even niet meer hoort: dat is zowat de reden. Er is evenwel ÈÈn groot voordeel aan deze madness: ik heb nog geen tijd gehad om emotioneel te worden over het verlaten van de eerste crib die youri en ik ooit deelden. En het zou mij verbazen als die tijd er nog komt.

kapwolletjes

vuitton.jpgSinds ik me niet meer in kringen begeef waarin de grootste gespreksonderwerpen bestaan uit die geschift moeilijk taak van wiskunde en die achterlijke van aardrijkskunde heb ik nog maar weinig voeling met de jeugd. Enkel als ik gedoemd ben om op woensdagmiddag de trein te nemen kan ik niet anders dan de confrontatie aangaan, en dan nog probeer ik zoveel mogelijk iPod-oortjes in mijn oren te duwen en metro-krantjes voor mijn gezicht te houden om het allemaal niet te intensief te moeten beleven. Een half uur tussen de pokdalige acnÈ-gezichten is precies voldoende om mijn voornemens om ze in mijn vrije tijd zoveel mogelijk te mijden nog maar eens te versterken.

Maar deze middag stond ik iemand op te wachten in de buurt van een middelbare school in het vlaamsche land, en aangezien ik toch niet veel beters te doen had leunde ik ostentatief tegen een paaltje om de schoolkinders uit te checken. En wat ik aan mij zag voorbijkomen tartte elke verbeelding, beste lezers. Ik heb geen idee hoe lang de madness al bezig is, maar heden ten dage zijn er serieuze dingen verkeerd aan het lopen wat gender op middelbare scholen betreft. Ik zag vijf jongens pronken met petjes van Louis Vuitton, last time I checked toch het merk van de oudemetesjakossen. Stoere binken waren gehuld in getailleerde meisjesvesten met wolletjes aan de kap. Ik zag jeansbroeken die zo opvallend strak rond jongensachterwerken zaten dat het absoluut geen toeval kon zijn, en kapsels waarin ’s morgens duidelijk drie kwartier werk was gekropen. Ook zonnebankbruin blijkt tegenwoordig weer hipper dan hip bij vlaamse middelbare scholieren. En jongensoorbellen zijn tegenwoordig dubbel, zoals bij meisjes van zes.

Het enige dat ik kon denken was: wie heeft that crazy little thing called mannelijkheid gestolen, en is dat niet strafbaar?! Ik zou het afschuwelijk gevonden hebben om in de klas te zitten met mannen die eruit zien als paspoppen. Welke boodschappen zou ik dan in hemelsnomen aan mijn vriendinnen hebben doorgespeeld tijdens de les, aangaande het andere geslacht?
“Check J. zijn kinky roze Eastpak!!! (l) (l)”
“Oehoew, gotta love D. zijn kaakstreepje van ÈÈn milimeter breed!”
“Ik kan niet wachten tot L. door mijn haar strijkt met zijn gepedicuurde handen”
“P. zijn supersjieke oorringetjes al gezien?”

Even overwoog ik om keihard “jeanedd’n!!” te roepen naar een groepje dat bij de schoolpoort stond te roken als meisjes, maar toen besefte ik dat ik vierentwintig ben. En dat deed pijn.

fat girls

BS_R6.jpgIedereen kent haar wel, dus u waarschijnlijk ook: het dikke, geweldig spontane meisje waar het altijd volle bak plezier mee is, anytime, anyplace. Ze klaagt niet over haar dikke billen zoals slanke meisjes dat wel zo goed kunnen, maar ze draagt ze met trots en straalt daarbij een karma uit dat ervoor zorgt dat ze alles van mensen gedaan krijgt. Het dikke meisje steekt zich niet weg omwille van haar gewicht, maar is juist erg aanwezig, en ze neemt zo’n belangrijke plaats in in haar omgeving dat mensen haar echt nooit meer zouden kunnen missen. En dat ze een pak dikker is dan gemiddeld, dat is hen waarschijnlijk al jaren niet meer opgevallen.

Je hebt het dikke meisje dat beslist heeft dat haar rondingen haar niet meer zullen stoppen, integendeel! Ze beweegt zich voort op hieltjes die haar ronde kuiten goed doen uitkomen, ze draagt rokken waarin haar kont goed te zien is, en ze maakt boven alles gebruik van het grootste geschenk dat dikke vrouwen van de schepper hebben gekregen: een D-cup, minstens! Ze hoeft maar een cafÈ binnen te komen en ze trekt blikken naar zich toe, en mannen die nooit met een dikke vrouw gezien zouden willen worden beginnen plots van gedacht te veranderen. Ze straalt zoveel seksuele zekerheid uit dat het wel een avontuur moet zijn om met haar tussen de lakens te belanden. En naar het schijnt is ze een fantastische kusser. Ook nog.

Er is de dikke vriendin, die vanaan de zijlijn mag toekijken hoe haar vriendinnen de wildste avontuurtjes beleven waar zij enkel maar van kan dromen omdat ze nu eenmaal dik is. Zij verzekert haar vriendinnen ervan dat ze er echt wel fantastisch uitzien in die jeansbroek in die winkel waar zij niet eens in rondkijkt omdat ze nog niet met haar enkel in de broeken past. En ja, zij wil vaneigens wel eens polsen bij die knappe jongen of hij iets voelt voor haar vriendin, want vriendinnen vertrouwen haar. Ze is toch geen bedreiging.

Je hebt het dikke maatje, dat geadoreerd wordt door de jongens zolang het maar gaat over samen pinten drinken en vuile praat uitslaan. Zij is meestal het enige meisje dat in een jongensgroep wordt geduld, en zij weet dus perfect hoe mannen denken over borsten en billen en seks en naar het toilet gaan. Ze begrijpt mannen veel beter dan de gemiddelde vrouw, maar ze kan er weinig mee doen, want nooit is ze meer dan one of the guys. Zelfs als ÈÈn van die guys meer in haar begint te zien loopt het gegarandeerd mis: hij zou maar eens gezien moeten worden met een dikke aan zijn hand. Sociale zelfmoord, it would be. Het is niet erg, het is een boodschap die elk dik meisje minstens ÈÈn keer in haar leven in het gezicht krijgt gegooid.

Je hebt het dikke meisje met zorgen. Zal ze wel in die rieten stoel met armleuningen passen? Gaat die weegschaal bij de dokter wel ver genoeg om haar gewicht te meten? Kan die bloeddrukmeter wel helemaal rond haar bovenarm? Kan ik het wel maken om hier een ijsje te eten net als de rest van het gezelschap, zonder dat iedereen mij verwijtend en gedegouteerd aankijkt? Als ik aan dat groepje kinderen passeer, wie zal dan de eerste zijn om een beenharde opmerking te maken over mijn gewicht? Meestal lukt alles wel, maar ze is als de dood dat die designstoel in hard plastiek toch niet rond haar kont zal passen, en ze dat en plein public zal moeten meedelen, waarop gelach om die dikke freak de zaal zou vullen.

Het vergeetachtige dikke meisje is erin geslaagd om zich over haar slechte gevoelens heen te zetten wat haar figuur betreft. Tot ÈÈn collega/toevallige voorbijganger/familielid in tien seconden duidelijk maakt dat er ÈÈn groot nadeel is aan dikzijn: je bent het altijd, je kunt het niet verbergen en iedereen heeft het gezien. En eigenlijk is het een echte schande. Doe er iets aan.

Je hebt het dikker dan-meisje, dat de dikste is in elke wachtzaal en op elke trein. Ze voelt zich minderwaardig aan alles en iedereen, want zij is duidelijk de grootste freak die zichzelf het minste onder controle heeft.

Dan is er het slanker dan-meisje, dat dolgelukkig is als er een nog dikkere persoon binnenkomt in een plaats waar zij aanwezig is. Soms kan ze bijna huilen van opluchting, en wil ze iedereen erop wijzen dat ze toch niet de ergste freak is.

Er is het ooit dikke meisje dat afgevallen is tot mollig, en iedereen die ze ontmoet constant wil vertellen dat ze echt niet mollig en lui is, maar al ooit veel is afgevallen.

En je hebt het dikke meisje dat die meisjes gedurende verschillende fases in haar leven allemaal wel eens is geweest. Waarbij dat de ene keer beter meeviel dan de andere keer. Zoals ik dus. Op dit moment probeer ik het dikke meisje te zijn dat slim genoeg is om haar leven niet enkel van haar gewicht te laten afhangen.
Er zijn al gemakkelijkere fases geweest, I must say.

hoe het met het huis is

stressed.jpgSinds ik ergens in september mijn krabbel heb gezet onder de compromis van een wonderschone woning en dit alles luid en duidelijk heb verkondigd aan iedereen die het horen wilde heb ik het zweten. Ik kan zo goed als nergens mijn kop nog binnensteken of de blikken worden gevuld met verwachting, om drie seconden later gevolgd te worden door de eeuwige vraag: “En oewist met het huis?!”

Al maanden word ik niet meer gevraagd hoe het met MIJ is, neen, ik ben opzijgeschoven door een hoop blote bakstenen die niet eens zo schoon op elkaar gemetseld zijn als ik had verwacht anyways. En het erge is dat de tijd dat ik nog met enthousiaste zwierige antwoorden voor de boeg kwam al lang verleden tijd is, want hell, wat kan ik nog meer vertellen over het huis en de verbouwingswerken dan alle honderdtachtig weetjes die ik de laatste weken al uit mijn mouw heb geschud? Ik zaag zelfs over het huis omdat ik voel dat het van mij verwacht wordt.

*lilith steekt ergens hoofd binnen*
En? Hoewist met het huis??
Waarop ik met een handje naast mijn oor zwaai (liefst met mijn handje, eigenlijk) en een verhaal ophang dat mij al van de eerste seconde verveelt over elektriciens die te laat komen, verhuisdagen die te vroeg komen, stof, keukenbladen, brievenbussen, cement, vochtbehandeling, chappe, veel werk, weinig tijd, weten wat gedaan, haha, komje nie elpen? Haha!

Glinsterende blikken van herkenning worden dan voor de duizendste keer mijn deel, samen met goede tips en zotte anekdotes en nieuwe vragen over parket met of zonder groeven. En ik hoor hoe ik weer in herhaling val, onder druk dan nog, en ik beklaag het me honderd keer dat ik niet maandelijks een persconferentie heb ingelast om iedereen van de eerste keer alles mee te delen.

Ik ben zo ongelooflijk staalhard uitverteld over mijn huis, en ik moet er nog in gaan wonen.

En het beangstigende is: een ander zijn huis zou mij echt voor geen meter interesseren, al stonden ze met een tweeloop tegen mijn slaap. Quite frankly.

de wereld van lilith

stress.jpg

  • ik heb er zo’n beetje een job bij. Vanaf heden leest u de blogue van de hoofdredactrice van een regionaal krantje dat op inhoudelijk ende redactioneel vlak helemaal door ondergetekende wordt bepaald. Een redelijke uitdaging, maar ook wel heel erg zelfstandig ineens. En fijn ook, artikelvoorstellen afwijzen of met beide handen grijpen.
  • en enorm veel werk vooral!
  • zeker als je weet dat ik er waarschijnlijk nog eens een andere halve job bij krijg vanaf zeer binnenkort
  • :aah:
  • vandaar het gebrek aan GLEEEDI-postjes en andere wilde verhalen op dit moment
  • maar ik zie jullie nog allemaal zeer graag, en ik hoop dat jullie een fijne valentijn hebben gehad
  • (ow, en ondertussen gaan we ook nog eens verhuizen…)

En dat alles zonder Vitenza, ik bedoel maar!