Monthly Archives: januari 2010

geslachtelijke verbondenheid my ass

manvrouw.jpgIk weet niet hoe dat bij u zit, maar ik snap het hele spelletje “meisjes tegen de jongens” dat nogal wat mensen op deze aardkloot gedurende heel hun bestaan lijken te spelen nog steeds niet. Besefte ik toen ik net weer een hoop geslachtsgenoten lid zag worden van facebookgroepen als “God maakte eerst de man, en toen had hij een beter idee!”, of “Vrouwen hebben altijd gelijk, ook als ze niet gelijk hebben.”

Nooit goed gesnapt dat vrouwen voor een quizkandidaat supporteren omdat ze een vrouw is, eerder dan omdat ze over andere coole quizeigenschappen als (ik zeg maar wat…) een geweldige algemene kennis beschikt. Neens, ze moet godverdomme winnen, want zij heeft een vagina, en wij ook. Vrouwen steunen vrouwen, hip hoi!

Om het niet eens te hebben over het aantal vrouwen van diverse pluimage dat mij op verschillende werkplekken bijna door de grond heeft doen gaan van plaatsvervangende schaamte omdat ze zelfs in een professionele omgeving vinden dat er een soort vrouwen-tegen-de-mannen-spelletje moet gespeeld worden, met tenenkrullende onprofessionele en ja, ik durf het zeggen, ronduit debiele opmerkingen op ongepaste momenten tot gevolg. *cringe*

Ik weet niet of het aan mij ligt, maar ik voel mij helemaal niet speciaal verbonden met mensen die hetzelfde geslacht hebben als ik. Ik heb niet het gevoel tot een speciaal aangenaam clubje te behoren, op basis van het feit dat ik vrouw ben. En ik vind ook helemaal niet dat ik op een vrouw moet stemmen in het kotje, zoals nogal wat anderen dat wel vinden. Ik stem gewoon voor de goeie, ik. En dat is wat mij betreft nogal dikwijls een man. MET EEN PENIS. Als ik vrouwen zoveel leuker vond dan mannen was ik wel lesbisch geworden, denk ik dan.

Is dat erg, eigenlijk? :(

lilith en het gevecht met de chickenburger

chickenburger.jpgEen mens zou het bijna vergeten, dat er tijden geweest zijn dat zo goed als elke post op deze blog ging over diëten, al dan niet magen laten verkleinen, magen laten verkleinen en de gevolgen van magen laten verkleinen. For the record: ik heb maar één maag, maar als u hier al was in die dagen dan heeft u door het aantal posts met betrekking tot het onderwerp vast op dagelijkse basis getwijfeld of het er niet meer waren.

Soms lijkt het allemaal een geweldig ver verleden, de tijd dat ik me met de moed der wanhoop liep opensnijden en mijn maag liet vierendelen, omdat ik doodongelukkig werd van mijn gevecht met eten. Maar soms besef ik maar al te goed dat ik een gastric bypass heb gehad, destijds.

Zoals de afgelopen week, toen ik me in New York constant liep af te vragen hoe ik de week zou doorkomen zonder constant kotsmisselijk te zijn. Het antwoord bleek: niet.

In Amerika, daar hebben ze namelijk nogal veel fastfood, en mijn leaf, die is daar nogal zot van. Ik gun hem dat, een van het vet druipende hamburger op zijn tijd, en dus trappel ik achter hem aan, op zoek naar het gezondste voedsel op de fastfoodmenukaart. Doorgaans zijnde: een vettige chickenburger met een dikke lap kaas, waar ik de helft nog niet van opkrijg en achteraf zo mottig van ben dat ik me moet inhouden om niet de hele Brooklyn Bridge onder te kotsen.

Voor u met pek en veren naar mijn liefste Youri begint te gooien omdat die dikke vette egoïst me meesleurt naar fastfoodrestaurants: de arme stakker moet nog veel vaker met mij mee naar plekken waar ze alleen maar slaatjes en andere gezonde dingen verkopen, en waar hij letterlijk niks lust. Dat is pas erg.

Ik ben zo ver gekomen dat ik dankzij mijn operatie zelfs nooit meer zin heb in hamburgers, of frieten, of chicken nuggets. Ik heb er bijna een degout van gekregen. Maar hoe goed ik ook heb opgelet, toch heb ik een significant deel van de afgelopen week doorgebracht met buikpijn, en flarden mottigheid, en krampen. Geen idee wat die Amerikaanders stiekem in hun gezond uitziend voedsel draaien, maar het deed me precies geen deugd.

Ik ben twee dagen terug, en alle problemen zijn over.
Of het een beetje te doen is, zo’n maagverkleining?
Zolang ge in uw kot blijft wel, precies.

Of het aan mij ligt

belgium1.jpgEr was de man in de metro, die iets uit wilde leggen aan een hispanic mevrouwtje, en ineens een balpen in de hand kreeg geduwd door een andere reiziger. Zodat hij het woord dat zij niet begreep kon opschrijven. Er waren de verschillende lieve menschen die “Would you like me to take a picture of you guys?” riepen toen wij nog maar aanstalten maakten om onze kodak boven te halen.

Er was de man die in de buurt van The Metropolitan Museum paraplu’s stond te verkopen in de gietende regen, en toch even van zijn plek wegliep omdat hij zag dat we aan het sukkelen waren met onze kaart. We kochten geen paraplu, want we hadden kappen, maar toch vroeg hij spontaan of we de Met zochten. En dat we drie blocks rechtdoor moesten, en dan drie naar links.

Er waren alle mensen die ons oprecht geïnteresseerd vroegen waar we vandaan kwamen, en sommigen zelfs of we uit het Dutch of French deel kwamen. De keren dat iemand met een vettig New Yorks accent “Well, bonjour” zei. En dan was er nog de dreadlockneger die een sjieke zakenman extra uitleg gaf over de vertraging van onze trein. Zomaar, omdat het kon.

Ligt het aan mij, of heeft u dat ook, dat u het gevoel heeft af te stammen van een nogal bang, bekrompen en negatief ingesteld volkje, telkens u in een ander deel van de wereld bent? Al was het maar omdat ik van alle bovenstaande dingen schrik, terwijl het fantastisch zou zijn als het de normaalste zaak van de wereld was. Zoals hier, doorgaans.

eentje in de rapte

kijker.jpgNew York, dat is een stad van uitersten, en op dit moment dan vooral qua weer. Kwamen we op zaterdag aan in een zonovergoten stad die “LENTEUH!!!!” schreeuwde, dan werden we gisteren wakker in een koude stad die tegen de vroege namiddag even doorweekt was als wijzelf.

Gelukkig hadden we net een tripje naar the Metropolitan Museum gepland, en dat is zo groot dat je er drie maanden in kan rondlopen zonder een druppel regen te zien. Zeer indrukwekkend ook, vonden wij beiden.

Ik word nog steeds op een betrekkelijk normaal New Yorks uur wakker, en heb dus de nacht niet aan mijn kant om te bloggen. U zult het dus moeten doen met foto’s, en een lijstje met een paar geweldige dingen die ik hier al heb gekocht.

* liters Vitamin Water. Ondertussen ook al hier en daar te koop in België, maar toch nog lekkerder als je het drinkt op Fifth Avenue, vind ik. Youri vindt van ook.

vitamin.jpg

* Twizzlers, een familypack.

* kleers! Van een echt zot geweldige jas in de solden bij Anthropologie, tot een cardigan met kersen op en een appelblauwzeegroen kleedseken in Century 21.

* blueberry frozen yoghurt in Bloomingdale’s. De hemel op een lepel. (l)

yoghurt.jpg

* een geweldig cool knalroze hoesje voor mijn iPhone in de Apple Store

* en veul veul meer. *zucht*

Ook cool:

streetfood.jpg

Streetfood in de zon.

onion.jpg

Onion goggles. (l)

dwerg.jpg

Dwerggroei @ the Met.

kiwi.jpg

En kilo’s gedroogde kiwi’s. Wat een stad.

dat tripreporten…

totr.gifDat komt vast wel goed, alleen zitten we hier in New York met twee kleine probleemtjes: één, onze Amerikaanse stekker marcheert niet op de stekker van de laptop die we bij hebben, waardoor wij hier zeer binnenkort zonder stroom gaan vallen. Straks dus eens naar de Apple Store.

Twee, ik was blijkbaar zo versleten na een betrekkelijk zot werkweekje dat ik zowaar mijn jetlag heb overgeslagen en dus een belangrijk deel van mijn bloguren heb gemist.

Ik vind vast wel nog efkes om wat foto’s te posten, maar tot dan:

topoftherock.jpg

Ik heb het gedaan! Een beetje bang, maar mét hoop voor de toekomst. Neen serieus, het was inderdaad cool. En niet eens zo beangstigend als ik had gedacht, ook niet. En aja, mijn haar is rost. :/

Zaterdag…

top_of_the_rock.jpg.. moet ik, hoogtevreeslijder van de bovenste (baha, pun so intended) plank, van mijn leaf zeventig verdiepingen naar omhoog. Zeventig! Boven de zeespiegel! Op onze vorige trip ben ik er nog een beetje lafweg onderuit geraakt, maar nu heb ik het dus officieel beloofd.

Dat ik hem echt ga vergezellen, dus, naar hier.

Mocht u mensen kennen die er ooit overleden zijn aan een hartstilstand door enkel naar beneden te kijken, of plots zo misselijk werden dat ze keihard kotsend en bevend door een raam naar beneden zijn gesukkeld, laat u het dan even weten in de comments?

Dan kan ik het nog aanhalen als extra argument om het misschienst toch beter niet te doen. Zaterdag.

ik denk, dus ik ben

denkensoep.jpgAls ik ’s morgens geen zin heb om op te staan, dan denk ik aan alle vakanties waarin ik vakantiejobde in een detergentenfabriek, en om vijf uur ’s morgens moest beginnen met het inpakken van flessen. En dus om kwart na vier al thuis moest vertrekken met mijn mobiletje, om maar op tijd in de dennengeur plaats te kunnen nemen voor een uur of acht.

Als ik een slechte droom heb gehad, dan denk ik aan iets fijns. Om de één of andere reden is mijn eerste reflex nog altijd: aan de troetelbeertjes denken.

Als ik iets moet doen waar ik echt helemaal geen zin in heb, dan denk ik aan mijn moeder, die me altijd zei dat ik beter eerst de dingen kon doen die ik minst graag deed, daarna de dingen die ik leuk vond. Dan waren ze namelijk ook eerst voorbij.

Als ik heel vroeg op moet staan, of tot heel laat onderweg ben voor mijn werk, dan denk ik aan de tijd dat ik nog mijn brood verdiende met mensen terroriseren via de telefoon. Of aan alle keren dat ik naar een dodelijk saaie gemeenteraad ben geweest om verslag uit te brengen voor de regionale krant, voor amper een paar euro.

Als ik in bed lig, en helemaal niet kan slapen, dan denk ik aan mijn moeder, die altijd zei dat ik tenminste een beetje kon rusten als slapen niet lukte. En dat rusten beter is dan niks.

Als ik het heel koud heb, dan denk ik aan warme soep.
Dat helpt altijd.

Toon me je koelkast en ik zal zeggen wie je bent

smeg-striped-fridge.jpgGezien bij Bits & Bytes, en leutig bevonden: het koelkaststokje.

Het idee is simpel als bonjour: plaats een foto van je koelkast online, want koelkasten zeggen veel over mensen.

Ziehier, die van ons:

koelkast.jpg

(de iets grotere versie, met notes, staat hier. )

Wat deze foto zegt over ons:

* dat wij een godsgruwelijk lelijke keukenvloer hebben, en dat dat ineens ook nog eens één van de betere delen van onze keuken is.

* dat onze frigo veel te klein en basic is, en ik niet kan wachten tot hij kapot gaat en ik eindelijk eens een mastodont van een Amerikaanse frigo kan kopen, waarin ik potjes met versgesneden groentjes en andere dingen kwijt kan voor momenten in de week waarin het rap moet gaan.

* voor de rest: veel sausjes (voor Youri), platte kaas (wegens dat wij op ons eten letten sinds een paar weken en ik AL DRIE KILO VERMAGERD BEN SINDS DEZE RAMPZALIGE DAG!!!), zoetzure augurken en ansjovis (mijn nieuwe verslaving), een doos witte wijn (een iets oudere verslaving), veel cola light, potjes met dingen als olijven en salsa verde en andere hippigheden, en bakken vol verse groentjes die hopelijk niet verslensd in de vuilnisbak zullen belanden. Oe, en goede boter. Altijd goede boter gebruiken, kinders!

Toon eens die van jullie, kom.

de vreemde kinderhobby’s van lilith, deel 1

lumberjack.jpgDat ik al rookte op mijn elfde, dat vinden jullie dus met zijn allen zo gek dat het wel een tikfout moet zijn. Ik bedoelde vast 21ste, toch?

Lieve vrinden, ik ben opgegroeid in het dorpje V. In het dorpje V. was er zo weinig te doen dat woensdagnamiddagen werden gevuld met klassikaal sigaretten roken aan de beke. Elf viel nog mee, als je bedenkt dat ik een vriendinnetje had dat haar zusje van zeven liet meeroken zodat ze het zeker niet zou gaan klikken aan ons aller ouders. De helaasheid der dingen was peanuts in vergelijking met mijn jeugd, hastn!

In het dorpje V. gebeurde zo weinig dat je als kind een beetje inventief moest zijn. Al helemaal als je zelden of nooit op reis ging, behalve naar Centerparcs, en je wel eens kennis wilde maken met een stukje van de wereld. U moet weten: internet, dat bestond nog niet toen. En had het wel al bestaan, dan zeker nog niet in het dorpje V., alwaar boeren nu nog altijd soms betrapt worden op het met open mond staren naar een cassettespeler waar plots geluid uit komt.

Mijn broer en ik, wij haalden persoonlijk geweldig veel leute uit bellen naar de buitenlandse telefoonnummers die helemaal achteraan in het telefoonboek stonden, en om de één of andere reden gratis waren.

En dus belden wij naar gratis nummers in Canada, China en zelfs Amerika, en als er effectief iemand opnam met de stem van een echte Canadese lumberjack moesten we zo hard giechelen dat we bijna op de grond vielen enook dringend naar het toilet moesten. Dat iemand in Canada ons toesprak, door de telefoon, veel coolers konden wij ons op dat moment precies niet voorstellen. Dat wij er zelf niet veel meer aan toe te voegen hadden dan wat amechtig gegiechel, dat was voor ons compleet geen domper op de feestvreugde.

Deden jullie dat ook zo, in de grootsteden?
Ik durf welhaast wedden van wel!

Dromen

Boommist.jpgVorige week lag ik in bed, bijna klaar om in slaap te vallen, toen ik ineens opgeschrikt werd door mezelf. Meerbepaald door een grote snik, die van geweldig diep leek te komen, die me even totaal overspoelde en naadloos overging in nog meer gesnik.

Ik schrok, omdat ik ergens tussen slapen en waken zat, en niet helemaal doorhad dat ik al een tijdje aan mijn moeder lag te denken. Dat ik voor de zoveelste keer haar laatste dag aan het overlopen was, en het laatste dat ze tegen me zei, en het laatste beeld dat ik me van haar herinner.

De laatste dag van mijn moeder was één van de meest verwarrende dagen van mijn leven. Omdat we ’s morgens nog gewoon thuis tegen elkaar zaten te praten alsof ze nog wel een tijdje meekon, en ik ’s avonds mijn vader aan de lijn kreeg om te zeggen dat de dokter had gezegd dat ze op sterven lag. Of we zo snel mogelijk naar het ziekenhuis konden komen, want dat het er helemaal niet goed uitzag.

De gebeurtenissen daartussen, die ben ik tot mijn verbazing eindeloos aan het herhalen in mijn dromen, de laatste weken. Ineens besef ik zo goed als elke morgen dat ik het weer heb gedaan. Dat ik een al dan niet aangepaste versie van die 9de september heb beleefd.

Een droom waarin ik vaak foefel met de tijdstippen, zodat de aanval die ze in het echt op de ochtend van haar laatste dag kreeg, al maanden eerder voorvalt. Zodat ik denk dat ze het niet zal overleven, en in mijn hoofd al afscheid aan het nemen ben, maar ze het uiteindelijk toch overleeft. En nog maanden blijft leven, in plaats van een paar heldere uren in het echt.

In het echt verloor mijn mama opeens het bewustzijn, duurde het eeuwen voor de ambulanciers haar weer bij bewustzijn kregen, en was ik er een kwartier van overtuigd dat ze gestorven was. En toen werd ze ineens weer wakker, en bracht ik de uren die volgden door aan haar ziekenhuisbed met praten over hoe erg dat schrikken was zeg, en dat ze dat nooit meer mocht doen. Ik zat uren opgelucht naast haar, te kwebbelen alsof er niks gebeurd was, ervan overtuigd dat ik haar de ochtend erna om tien uur opnieuw zou zien. Dat zei ik ook. “Tot morgen.” Ik meende het echt. Ik had geen idee dat ik om tien uur al een kist zou staan kiezen. Laat staan voor haar.

Ik heb geen idee waarom ik het van mijn hersenen zo vaak opnieuw moet beleven, de laatste weken, maar ik onderga het. Als het moet, dan moet het. Het is de enige manier die ik ken om haar nog eens tegen te komen, en dus hoor je mij niet klagen.