
Lieve Dexter,
morgen ben jij zomaar even zeventien maanden oud. Dat is bijna anderhalf jaar. En kerel, dat is me nog eens een boeiende leeftijd om op te staan kijken, als moeder van. Elke dag spring je van de ene mijlpaal naar de andere, en het is vooral je taalontwikkeling die ons daarbij met open mond naar je laat staren. Je bent een ongelooflijke babbelaar, en dat is een groot gemak, want doordat je al zinnetjes van twee en zelfs drie woorden begint te vormen kunnen we niet alleen al gesprekken met je voeren, je kunt ook perfect duidelijk maken wat je wilt. Wat ervoor zorgt dat er stukken minder wordt gehuild dan in de vorige periodes. Je bent op dagen dat het universum het goed met ons voorheeft zelfs een geweldig droge komiek. Ik kan daar -zoals je wel kunt snappen- alleen maar een ongelooflijke voorstander van zijn.

“Papa dansen”. “Bellen Opa”. Mijn gsm tegen je oor houden en “OIO OPA” roepen. “Eierkoek”. “Autobaan”. Allemaal zo duidelijk uitgesproken dat ik in stukken uiteen val op de grond van trots. En oke, een boerderij noem je tot in den treure een “autobij” en je gebruikt zowel voor boterham, banaan als ballon het woord “beetjam”, maar toch, jongen, maar toch. Je kent het verschil tussen een pinkin en een papaai (pinguin en een papegaai). Tussen een ootant en een kijn. Olifant en konijn, ja. I mean allez jong. Alleen met de manier waarop je soms dwingend “MA!” naar me roept zit ik soms een klein beetje in. Die belooft niet veel goeds voor als je zestien bent, namelijk. Ow, en je eet graag. Alles. Heb ik al eens gezegd dat je alles graag eet?

Je danst graag op K3 met een zwempamper op je hoofd, in de crèche gaat het eindelijk beter na een geweldig moeilijke inloopperiode waarin mijn hart elke dag brak omdat je er zoveel verdriet had, je bent doorgaans enthousiast en vrolijk en nogal geobsedeerd door treinen, kranen, autobussen en mijn tattoo’s. Onderstaande foto werd trouwens genomen voor je eerste bezoek aan de kapper, dat we volgens je vader best niet meer al te lang konden uitstellen. Ik had het dan weer nog maanden volledig de pan uit laten swingen, als ik de baas was, maar je krulletjes zijn nog altijd heel mooi, gelukkig. De wijvekes zijn nog steeds enthousiast.

Ik weet dat ik het hier vaak heb over de zware kant van moederen. Zeker in het begin was het ook vooral dat, en dat was een keiharde shock voor mijn systeem. Nu mijn systeem dat zware een beetje gewend geworden is kan ik getuigen dat de rozige dingen die over het moederschap worden verteld ook gewoon waar zijn. Als ik naar je kijk word ik soms overspoeld door een soort verliefdheid die ik nog nooit heb gevoeld. Als ik weet dat ik jou binnen een uur terug zie dan kan ik daar zo naar uitkijken dat ik klokken vooruit zou willen draaien. Soms zit ik naar je te kijken terwijl je zotte muilkes trekt naar het kindje in de oven (jezelf, that is, wij hebben niet echt een kindje in onze oven) en dan moet ik mijn best doen om niet te beginnen huilen. Soms helpt dat niet, dat mijn best doen, en huil ik toch een beetje.

Om maar te zeggen: ik vind jou een heerlijk kind, Dexter. Gene gemakkelijken, neen, maar wel de max, en zo duidelijk van ons. Je kan even goed geduldig zitten bekijken hoe iets werkt voor je eraan begint (heb je van je vader) als dat je datgene dat dan toch niet direct blijkt te werken met een gigantische kwak tegen de muur kunt gooien (tegen niemand zeggen, maar dat heb je dan weer van mij). Er zijn extra levels van boeiendheid en graag zien mijn leven ingeslopen, levels waar ik zoals het cliché het wil keihard geen enkel benul van had. En ik ben zo content dat ik dat allemaal mag meemaken. Ik heb werkelijk geen idee waaraan ik dat allemaal heb verdiend, lieve vriend, maar ik ben er zo blij mee.
Dikke zoen,
je mama