Category Archives: how to

Geen tijd en toch gezond eten: meal prepping voor beginners

frietjes van zoete aardappel in the making

Hebt gij zin om in de week frietjes van zoete aardappel te snijden?

Ik heb een zeer drukke week in mijn agenda staan. Een waarin ik zo goed als elke dag onderweg ben naar Mechelen, wat ver is, waardoor ik vroeg vertrek en laat thuiskom. Het textbook voorbeeld van het soort weken waarin ik brol begin te eten. Bij mij heeft hoe gezond ik eet immers gigantisch te maken met hoe veel of hoe weinig tijd ik heb om te koken. Goesting equals tijd, in deze vergelijking. Als ik ’s avonds thuis kom en nog dingen moet bedenken en schoonmaken en versnijden en opzetten en bakken en ik ben moe, dan heb ik de neiging tot afhaalmaaltijden of diepvriespizza. Hoe zijt ge zelf?

Als ik me heb voorbereid dan gaat dat allemaal wel, dat gezond eten. En dus doe ik al een tijd van #zondagkookdag, en aan wat ze in Amerika “meal prepping” noemen. Op zondag de kookvoorbereidingen doen voor de rest van de week, zodat je frigo vol staat met vanalles dat doordeweeks samen kan gegooid worden tot een gezond maal. Klinkt overgeorganiseerd? Kan goed zijn, maar dat zei iedereen vroeger ook over mijn weekmenu’s en ik zie dat heel wat mensen die ondertussen ook hebben overgenomen. Dit is een beetje van hetzelfde. Plus: als ik tijd heb geniet ik daarvan, van eten maken. Op zondag een uur staan koken en snijden vind ik dus helemaal niet erg, al helemaal niet als dat voor bakken minder stress tijdens de week zorgt.

Mijn ervaringen:

  •  ik eet veel meer verse groenten als ik ze allemaal in een trek schoonmaak en in stukjes snijd dan dat ik zeven keer mijn snijplank moet bovenhalen. Daar heb ik ’s avonds compleet geen zin meer in. Een potje met bleekselderij en worteltjes die al schoongemaakt zijn uit de koelkast opdiepen en bij een portie rijst met tomatensaus kappen lukt dan wel nog.
  • het zorgt ervoor dat ik ’s middags minder brood eet, wat ik al een tijd probeer te doen. Vorige week had ik een kom rijst in de frigo staan die ik had gekookt met lekkere bouillon, en dat werd ’s middags bij soep een maaltijdsoep, de dag erna een wrap (want ik had ook de tex mex bonen uit Goed Eten klaargemaakt op zondag, met zelfgeweekte bonen!), en verdween ook nog eens in een frittata en bij een slaatje met avocado.
  •  het is leuk om enkele bijgerechten te maken die overal bij passen. Dit weekend maakte ik gigantesbonen in tomatensaus met wortel en selder (en ik had tijd om ze te weken en mijn saus lang genoeg te laten opstaan, kijk eens aan), die deze week evengoed in een pasta kunnen verdwijnen als op brood of bij eitjes kunnen gedaan worden. En in de koelkast zeker een dag of drie goed blijven. In het weekend heb ik gewoon meer tijd en zin voor zo’n dingen, wat in de week gigantisch in mijn voordeel speelt.
  •  omdat ik ’s avonds nogal de neiging heb om te beginnen snaaien vind ik het ook handig om groentjes als snacks klaar te hebben staan: rauwe wortel (schillen en versnijden en dan in een bak vers water bewaren), bloemkoolroosjes, rauwe zoete aardappel, radijsjes, everything goes. Als je ook nog hummus maakt dan heb je een gezond avondsnack waarmee je een paar dagen weg kunt, en geraken ze niet op dan staan ze al klaar om in een warme maaltijd te verwerken.
  •   fruitsla. Voor in je havermout of of mee te nemen naar het werk. Werkt voor mij beter dan hele stukken fruit, die ik al eens een week durf negeren. Als ik in het weekend mijn best heb gedaan voor fruitsla, dan eet ik ook fruitsla.
  •  een paar hardgekookte eitjes hebben klaarliggen vind ik ook bijzonder handig. Die verdwijnen dan in een slaatje, of neem ik mee als tussendoortje.
  •  verse kruiden versnijden zodat je ze enkel nog op je gerecht moet gooien: magic! (en bewaren in vochtig keukenpapier in de koelkast, ook een toptip)
  • meal prepping combineren met diepvrieskoken is pas helemaal een feest voor de lifehacker. Als ik diepvriessoep opdiep en daar rijst bij kan gooien, of deze groentecurry maar moet opwarmen, er die bonen van Dorien bij kan doen en mijn rijst al had klaarstaan, dan heb ik dus gezond eten in tien minuten waar ik anders zes keer langer over zou doen. See what I’m doing here, peoples?
groentencurry met rijst

Goed voorbereide rijst met roerei en groentecurry in een handomdraai.

Ik ga echt nog niet zo wild als sommige Amerikaanse foodbloggers (al vind je er wel zot veel inspiratie, dus zeker checken als je geïnteresseerd bent in het onderwerp), maar dat heeft ook te maken met het feit dat ik de kleinste frigo van de lage landen heb, want ik vind dat voorbereiden echt een gemak voor weken als de week die komt. Iemand ervaringen of ideeën? Doen jullie het ook soms?

van een lege naar een volle diepvries op een paar uur

diepvrieskoken

Weinig zaken geven mij zo veel rust als een volle diepvries. Als ik compleet geen zin meer heb om te koken, en toch zomaar iets uit het ijs vandaan kan toveren, dan voel ik me een überhuisvrouw. Ik heb dat gevoel overgehouden aan mijn kraamperiode, denk ik. Toen had ik voor De Standaard Magazine een namiddag bijzonder efficiënt gekookt, zodat mijn minidiepvries stampvol zat tegen dat het zover was. Maar goed ook, want als er een ding was waar mijn hoofd in de eerste weken met Dexter niet naar stond was het wel koken. Jongs toch.

Na een hectische periode kon ik twee weken geleden ook plots weer de achterkant van mijn diepvries zien bij het openen van de deur, wat nooit een goed teken is. Ik ging dus op een zaterdag aan de slag, met een “en nu moet ge mij eventjes allemaal gerustlaten! Kssssj! Weg!“, en enkele uren later verdwenen in mijn vriezer:

– zes liter minestronesoep volgens dit recept
– vier liter preiseldersoep volgens ik doe maar wat
– vijf zakjes van deze groentencurry
– vijf zakken aardappelpuree voor twee
– een paar liter vegetarische spaghettisaus
– enkele zakken gewone (maar superlekkere) tomatensaus om later met vanalles te tweaken

Een gemak! Dit zijn dingen die ik leerde toen ik het stuk aan het maken was:

DE BASISREGELS

Traag ontdooien is veiliger. Doordat diepvriezen bedervende factoren niet doodt maar stillegt, kunnen de micro-organismen hun werk versneld verderzetten bij het ontdooien. Je laat je maaltijden dus het best ontdooien in de koelkast.

Lucht is de vijand. Denk eraan alle lucht uit zakjes te verwijderen voor je diepvriest, anders droogt je maaltijd uit.

– Het wordt er niet beter op. Wat onsmakelijk de diepvriezer in gaat, wordt niet smakelijker na ontdooien. Bijkruiden kan helpen: ontdooide maaltijden bevatten vaak meer water, en dus iets minder smaak.

– Zorg ervoor dat je gerechten niet te gaar zijn, want door het opwarmen na het invriezen gaart je eten nog verder. Quiche en lasagna bak je beter niet op voorhand, als je geen droog eindproduct op je bord wilt.

Organisatie is alles: zorg ervoor dat je goed labelt en dateert. Op internet zijn lijsten te vinden met hoelang bepaalde producten goed blijven in de diepvriezer. Plak een lijst op je diepvriezer van alles wat erin zit, of steek er zoals ik eentje in Evernote.

diepvriesoverzicht in evernote

Organisatione über alles.

Verse gember invriezen is trouwen zo gemakkelijk. Je hebt daar nooit veel van nodig, je moet dat niet laten ontdooien om het te raspen, en je kunt dat in heel veel gerechten gebruiken. Tip voor de top! Ik heb een boven- en benedendiepvries, trouwens. Voor ge compleet in de war achterblijft.

Het internet is een goudmijn. Googel ‘freezer-friendly recipes’ en je komt al een heel eind.

NIET INVRIEZEN!

Groenten waar veel water in zit: sla, selderij en komkommer doen het niet goed in de diepvriezer, omdat het water uitzet en de structuur van de cellen kapotmaakt. Blancheer de groenten eerst in kokend water.

Zuivelproducten schiften tijdens het ontdooien.

Gekookte pasta wordt zacht en vormeloos na ontdooien.

Confituur wordt waterig bij het ontdooien omdat het vriesproces de suikers afbreekt.

– Sauzen op basis van ei schiften bij het ontdooien, hele eieren barsten. Rauw eiwit invriezen kan wel

Veggie burgers ga ik ook eens zelf maken en invriezen. Met kidneybonen ofzo. Iemand een recept, of nog fantastische invriestips?

Ieper city guide: 16 tips om je bezoek nog fijner te maken

Ieper city guide

Jullie willen graag eens afkomen naar Ieper. Dat merk ik aan de vele vragen en mails die ik krijg rond het thema. Ik heb mijn Ieperse hotspots al eens gedeeld, en ik post al eens een review van een leuk restaurant, maar er zijn meer vragen dan dat. Gelukkig heb ik ook antwoorden, ik woon hier namelijk. Aan de hand van die antwoorden: mijn hoogst persoonlijke compleet subjectieve en dus niet voor iedereen even waardevolle Ieper city guide. Yeah! Of zoals ze in Ieper zeggen: “Mo ja vint!”.

  • er zijn een paar dingen die je moet zien als je Ieper bezoekt. Als je maar één dag in de stad bent, dan raad ik aan: de Last Post, elke avond om 20 uur aan de Menenpoort, en nog steeds een moment dat mij geen enkele keer koud laat. Het In Flanders Fields Museum. Het geweldige en nieuwe Yper Museum. Fietsen huren (bij Chez Marie aan de markt of hotel Ambrosia, bijvoorbeeld) en op een kaart die je op de toeristische dienst in de Lakenhalle hebt gehaald uitvogelen waar je heen wilt. Of een tour boeken die je naar het zeer indrukwekkende Tyne Cot Cemetery in Passendale brengt. Bij helder weer heb je van daaruit een prachtig zicht over Ieper, maar ook bij minder helder weer is dit een plek die je niet snel vergeet. Bij het zeer fijne Chez Marie verhuren ze ook een tuk tuk. Zelf nog niet gedaan, maar al vaak zien rijden en het ziet er geweldig leutig uit.
  • in het stadscentrum zijn er maar twee militaire begraafplaatsen. Eén ervan is wel meteen het mooiste plekje van de hele stad, wat mij betreft. Vanop de markt een klein kwartier stappen, maar wel adembenemend mooi: het Ramparts Cemetery aan de Rijselpoort.

    ieper city guide: ramparts cemetery

    Ramparts Cemetery.

  • ik word wel eens aangeklampt door toeristen op zoek naar de loopgraven. Ze kunnen lang zoeken, want die zijn er niet, binnen de stadsmuren. Wel op de industriezone, in de vorm van de Yorkshire Trench. Volgens kenners is Bayernwald in Wijtschate evenwel interessanter om te bezoeken.
  • de Lakenhalle is niet authentiek, maar werd heropgebouwd nadat het centrum van de stad gehavend uit de oorlog kwam. Vanop de belforttoren heb je een indrukwekkend uitzicht over Ieper. De beklimming kan je enkel doen in combinatie met een bezoek aan het museum.
    ieper city guide: de lakenhalle
  • wie graag over de oorlog leest moet in het winkeltje van het In Flanders Fields Museum zijn. Veel keuze, daar.
  • het kan aan mij liggen, maar ik loop ook graag eens de kathedraal binnen. Nog zo’n adembenemend plekje is de Saint Georges Memorial Church, een Anglicaans kerkje waar vooral de kussens op de stoelen erg speciaal zijn.
  • winkelen in Ieper kan dan weer ernstig tegenvallen. Toch als je de grote ketens verwacht, want die zijn er niet. Obelisk, De Balans en Skin Clinic zijn zowat de enige plaatsen waar ik in Ieper mijn geld uitgeef. Maar dan wel enthousiast.

    Ieper city guide: rose rouge

    Froy & Dind bij Rose Rouge.

  • eten op de markt (na Sint-Niklaas trouwens de grootste van het land, uhuh) is niet het beste idee ooit. Toch niet als je het niet hebt voor altijd hetzelfde eten (frieten met stoofvlees, vispannetje, omelet natuur), op een manier klaargemaakt die ervoor zorgt dat je maar één keer wilt gaan. Wil je per se onder de Lakenhalle eten, kies dan voor In ’t Klein Stadhuis of Markt 22. Recent ben ik ook fan geworden van ‘t Appel. Lekkere broodjes met pastrami en verse soep, om maar iets te zeggen, en Jim en Eefje zijn bijzonder fijne mensen.
  • gezellig en leuk eten doe je in Den Olifant of bij Depot Ieper, waar je ook kunt winkelen, en tof. Veggie? Dan zijn dat ook de plekken waar je best gaat als je geen kaaskroket met een blad sla voorgeschoteld wilt krijgen. Depot heeft op dit moment de lekkerste veggie opties als je snel en lekker wilt eten. Wil je het iets klassieker, dan is het restaurant van Hotel Ariane ook een aanrader. Zij hebben ook een erg fijn terras, weg van de drukte van de Grote Markt.
  • de vestingroute is de leukste wandeling in de stad, en brengt je langs de Menenpoort, de Rijselpoort en die mooie begraafplaats waar ik het over had. While you’re at it kun je ook de Kazematten bezoeken, of de IJskelder, al moet dat wel met een gids. Je kunt ook gewoon heel enthousiast over de vestingen lopen. Daar moet niet voor gereserveerd worden of niks.
    ieper city guide: de vestingen
  • ik slaap altijd in mijn eigen crib, maar hoor goede dingen over Main Street en Albion Hotel. Ariane is volgens mij ook geen slechte plek om te overnachten. Wie sjiek wil doen met bubbelbaden moet een eind verder zijn, bij Manoir Ogygia in Poperinge.
  • de lekkerste cappuccino en koffie en drink je bij Depot Ieper. Ze hebben er ook heerlijke dessertjes. Voor ijs moet je bij Gusto d’Italia zijn, voor sapjes en smoothies bij Maona.
  • uitgaan in Ieper is zoeken. Toch als je niet tussen zatte zestienjarigen terecht wilt komen. Mijn favoriete café om tot een stuk in de nacht de wereld te verbeteren is Kaffee Bazaar. Zot veel keuze uit allerhande bieren ook, en de uitbaters zijn geweldig.ieper7
  • Ieper is bereikbaar met de trein, dan sta je op een kwartier te voet op de markt. Met de auto kan ook, al moeten ze hier nog de eerste ondergrondse parking uitvinden. Er rijdt ook een centrumbus tussen de belangrijkste locaties.
  • het Ieperse dialect mag dan compleet onverstaanbaar lijken, de meeste mensen beheersen wel een paar woorden Algemeen Beschaafd. Als je er echt niet aan uitraakt roep je best “wuk?” en hoop je dat het bij een tweede poging wel lukt.
  • het mooiste terras is dat van het Eilandje. Waar je gammele bootjes kunt huren om de vestingen af te roeien. En Sangria kunt drinken terwijl je dat niet doet, maar wel naar het bootjesgeploeter van andere mensen kijkt.
    ieper city guide: het eilandje

Disclaimer: dit is een zeer subjectief en door mij gekleurde mening over Ieper. Alles is dus even hard waar als niet waar. Geniet desalniettemin van uw bezoek, en laat eens weten hoe het is geweest, en of ik nog dingen over het hoofd heb gezien.

Disclaimer 2: het gevoel dat er nog dingen zijn waarover ik tips kan geven? Mail ze naar lilith@talesfromthecrib.be, en ik zet mij eraan.

Noot van de auteur: deze blogpost is aangepast in januari van 2019 om de informatie zo accuraat mogelijk te houden.

Bewaren

lilith en de zeven dingen die ze geleerd heeft door in therapie te gaan

Dat blijft toch boeiend, jong, stilstaan bij jezelf en je leven en de redenen waarom je bepaalde zaken op bepaalde manieren aanpakt. Waarom sommige dingen fout zijn beginnen lopen. Tegen welke muren je al honderd keer bent geknald.

Het heeft mij in elk geval al een hoop inzichten opgeleverd. En aangezien delen het nieuwe zwart is:

1. We leggen veel en veel te veel druk op onszelf.

Ja, ook gij. We willen allemaal zeventien borden tegelijk draaiende houden en raken gefrustreerd en teleurgesteld als enkele van die borden niet in perfecte rondjes draaien. Als we niet én een creatieve zichzelf ontplooiende zelfstandige zijn, én een goede moeder met toffe kinders die proper zijn op hun eigen, én een toffe om mee op café te zitten, én een zorgzame vrouw, én een goede kok (liefst ook een beetje vegetarisch en milieubewust, met groenten uit onzen onbespoten hof), én een modieuze hipster met een tof huis (met van die coole zelfbeschilderde meubels uit de kringloopwinkel, als het even kan), én niet elke week drie keer vijf kilometer gaan lopen ter voorbereiding van de ten miles, onze eigen rokken naaien en zelf confituur maken, af en toe in het hipste sterrenrestaurant van het moment gaan eten, vier boeken per maand lezen, én onze blog over al die activiteiten niet minstens een paar keer per week updaten, dan vinden we onszelf niks waard. Terwijl al die dingen apart al heel wat inhouden. Alle dingen samen willen is niet minder dan waanzin. Misschien moeten we wat vaker durven kiezen, en beslissen dat we nu eenmaal niet alles kunnen. En beseffen dat dat totaal niet erg is, ook.

2. We moeten weer leren content zijn.

Met wie we zijn, en ook met wat we hebben. We kunnen veel en we hebben veel, maar we laten met zijn allen onze hoofden zot maken door artikels vol lijstjes met “vijf manieren om productiever/gelukkiger/zorgelozer te worden”. We moeten alsmaar beter worden van onszelf. Sportiever. Slanker. Vrolijker. Gezonder. Terwijl het geheim wel eens zou kunnen zijn om onszelf gewoon oke genoeg te vinden. Dat al de rest maar van productiever doet zonder ons. Dat al de rest maar op jacht gaat naar “dé must haves voor de zomer!”. Zonder ons. Dat onze buren maar slag om slinger gaan werken om al hun nieuwe dure meubels te kunnen betalen die ook in het huis van hun buren staan. Zonder ons. Minstens het proberen waard.

3. Het is nu, niet gisteren of morgen.

Als we er nu niet in slagen om gelukkig te zijn, dan is de kans dat we het in de toekomst wel zullen zijn ook niet geweldig groot. Perfectie bestaat niet. Er zal nooit een moment komen waarop alles perfect bolt, en er een hemelse gelukzaligheid over ons heen daalt. Niet als we twintig kilo minder wegen, niet als we eindelijk dat boek hebben geschreven waar we al tien jaar van dromen, niet als we grotere borsten hebben of een marathon kunnen lopen. Ook op die momenten zal er altijd wel iets zijn. We hebben alleen nu, de toekomst en het verleden zijn complete onzekerheden en dingen die gepasseerd zijn. Geluk is soms gewoon nu efkes tijd hebben voor een kop koffie en een boekje. De zon zien als hij schijnt. Wie wacht op het perfecte leven kan heel lang wachten.

4. Geluk is overrated.

In elk normaal leven zijn er periodes waarin we minder, of zelfs niet gelukkig zijn. Dat is zo. We zijn daarom niet ziek in ons hoofd, moeten het niet dezelfde dag nog oplossen met een pilletje. Soms moeten we leren accepteren dat het leven zwaar is, en dat we niet altijd overal even vlotjes en gelukkig doorheen zullen kunnen fietsen. Dat is het leven, en niemand heeft het ons ooit anders beloofd. We hebben het onszelf wel wijsgemaakt, dat geluk het hoogste doel is en we daar volledig zelf verantwoordelijk voor zijn. Hetzelfde geldt voor onze relaties. Soms gaat het minder goed. Het zou vreemd zijn als het niet zo was, met alles dat op dagelijkse basis op ons afkomt. En toch is het not done, om toe te geven dat je je niet geweldig goed voelt. Dat het al een paar maanden totaal niet bolt tussen jou en je vent. Daar kun je maar beter over zwijgen. In stilte voort doen. Niet te veel mensen lastig vallen met je miserie. “Goed” antwoorden als je “slecht” denkt.

5. Kwetsbaarheid tonen loont.

Echt waar. Wie zich kwetsbaar durft opstellen krijgt kwetsbaarheid terug. En dat is schoon en dat doet deugd, andere mensen die durven toegeven dat ze het ook soms geweldig lastig hebben, en niet goed weten waar in of waar uit. Mensen die kwetsbaarheid afstraffen zijn je tijd niet waard, dus hoe sneller je ze eruit kunt halen, hoe liever.

6. Onze vergelijkingen kloppen niet.

Iedereen vergelijkt zijn binnenkant met een ander zijn buitenkant. De resultaten van die vergelijkingen kunnen nooit ergens op slaan. Uw gebuur mag er dan wel uitzien als een ongelooflijk zelfzeker sociaal beest, de kans bestaat dat hij zichzelf elke dag enorm moet oppeppen om niet weg te kruipen in een hoekje. We hebben allemaal geen benul van hoe anderen zich echt voelen, en zaken als Facebook en Twitter helpen daar niet bij. In mijn queeste om niet te veel te zagen en te focussen op het positieve heb ik al de opmerking gekregen dat mijn leven geweldig happy happy joy joy lijkt. Dat klopt niet.

7. We moeten wat vaker onze eigen beste maat zijn.

Als ik even streng zou zijn voor anderen als voor mezelf dan zou ik mezelf een vreselijke vrouw vinden. Ambities zijn goed en ambities zijn leuk, maar ik zou nooit van iemand verwachten dat hij een foutloos parcours aflegt in om het even wat. En toch kan ik van mezelf bijzonder weinig fouten verdragen. We zouden allemaal wat vaker onze toffe beste maat moeten zijn. Af en toe eens een arm om onze eigen schouder leggen en zeggen “maar ge hebt wel uw best gedaan, kind”, in plaats van “maaaat, wat voor een ongelooflijke loser zijt gij eigenlijk?”.

Aanvullingen? Opmerkingen? Schiet ze maar af!

lilith geeft wat vleesloze tips

kalenderblaadje184.jpgMorgen is het zover, dan starten de dagen zonder vlees. Ik herinner mij dat ik dat in den tijd niet gemakkelijk vond, om thuis alleen nog maar vegetarisch te koken. Want wat moest er dan in godsnaam gekookt worden, en hoe hou je dat lekker en interessant, zonder van die grote klompen gehakt en een occasioneel stukje varkensgebraad? Al helemaal als je een dikwijls meer dan fulltime job hebt, en onregelmatige uren, en geen tijd om elke avond een portie linzen te staan weken.

Awel, er zijn wel een paar trucjes die mijn leven gemakkelijker maken. Misschien kunnen jullie er ook wel jullie voordeel mee doen.

* maak een weekmenu

Ik blijf erbij, een lifesaver voor mensen die niet elke avond overweldigd door keuzestress in de Delhaize willen staan trappelen. Al helemaal als je plots overschakelt naar een ander eetregime waarbij je nog niet geweldig veel houvast hebt. Ik maak mijn menu op donderdag, ga op vrijdag naar de winkel, en zorg ervoor dat ik eventuele restjes de dag erna in mijn volgend gerecht kan doorsluizen. Rust in je hoofd, en maar één keer per week je hoofd moeten breken over eten: bliss.

* misbruik het internet

Het wereldwijde cyberweb staat vol van de goede vegetarische recepten. Wie een Pinterest-account heeft kan terecht in het groepje dat i. heeft aangemaakt vol lekkere en haalbare veggie recepten. Ik volg een paar blogs, lees een paar tijdschriften met goede receptensites, en hou die allemaal bij voor mijn volgende weekmenu’s. Handig.

* maak uw klassiekers veggie

Gaan jullie dan veertig dagen geen spaghetti meer kunnen eten? Maar jawel, ik heb een hele hoop dingen die hier werden gemaakt aangepast aan vleesloze tijden. Spaghetti bolognaise maak ik met vegetarisch gehakt (seitan van de Hobbit, heb ik dat al gezegd?), net als gevulde tomaatjes (zie hieronder), chili zonder carne en shepherd’s pie. Macaroni wordt hier of met fake hesp gemaakt, of zonder en met kaassaus en eitjes. Wij eten valse balletjes in tomatensaus, valse tonijn en broodjes hamburger van Garden Gourmet, die even lekker zijn als hun braadworsten voor hot dogs. Het is soms een beetje zoeken, maar na een tijdje marcheert dat wel.

* zorg voor een paar noodoplossingen

Ik heb altijd een paar potten tomatensaus in de kast staan, en een paar chilipepertjes in mijn frigo zitten. Hetzelfde met kaassaus. Of eitjes en kerstomaten, voor een omelet in de rapte. Als het snel moet gaan, dan draai ik zo’n pot open, gooi ik daar pepertjes bij, en tweak ik dat met champignons, of rode bonen, of verse kruiden, of gedroogde kruiden, of whatever ik liggen heb. Spaghetti bij. Eten. Diepvriespizza is handig, veggie lasagna in uw vriezer ook. Dit heb ik gisteren allemaal in elkaar geflanst, in geen tijd: instant noodles (de groentenversie, niet die met kip) met soyasaus, honing en edamameboontjes voor ’s middags, penne met tomatensaus en mozzarella in de oven voor hem, tagliatelle met prei in witte saus voor mij.

tftcdag184.jpg

* check eens een paar vleesvervangers

I’ve said it before and I’ll say it again: er zijn potverdorie veel vieze vieze vleesvervangers op de markt. Maar er zijn dus ook goede. Ik vind die van Garden Gourmet in de Delhaize best te eten, net als de veggie deluxe-range. Voor op de boterham zijn de fake schelletjes salami en hesp die ze bij Delhaize verkopen ook best te doen, en ook hun Martino van wortels lijkt bijna echt. Maar blijf asjeblieft ver weg van de seitankroketten, die zijn den duvel.

* maak het niet te moeilijk

Ik durf wedden dat er een paar gerechten zijn die regelmatig uw eettafel passeren die al veggie zijn zonder dat daar echt werd bij stilgestaan. Pasta al’arrabiata, bijvoorbeeld, of panini met tomaat en mozzarella. Nog zoiets: vegetariërs die eten echt niet elke avond gezond hé, soms gaan die zelfs naar de frituur of de pizzeria, en dan bestellen die daar een veggieburger, of een pizza met champignons of spinazie. En geen haan die daarnaar kraait!

Nog aanvullingen? Graag in de comments!

lilith is gestopt met kopen

Eén van de allerbeste beslissingen die ik het afgelopen half jaar heb genomen is stoppen met kopen. Dat horen jullie goed, ik, de schrik van de winkelstraat. Al een tijdje, trouwens, al van voor Amerika. De dingen die ik sinds onze terugkeer uit Los Angeles heb gekocht (naast levensmiddelen en dingen om ons te wassen enal) zijn letterlijk op de vingers van één hand te tellen.

Hetzelfde geldt voor de dingen die sindsdien op een andere manier onze crib zijn binnen geraakt, als cadeautje of omdat iemand iets weg deed en wij er misschien iets mee konden aanvangen. Sinds een maand of zes ben ik een erg strenge bewaker van wat hier binnenkomt, en zorg ik ervoor dat er hier zoveel mogelijk buiten gaat.

Lang verhaal kort: ik was de brol beu. Ik was mijn volle kasten beu. Ik was het beu om te moeten beseffen dat mijn kleerkast vol lag met dingen die ik bijna nooit droeg. Ik begon het allemaal een beetje belachelijk te vinden, het kopen en blijven kopen en stapelen en verzamelen. De badkamer kuisen en zien dat ik zeven toilettassen had. Wie heeft er zeven toilettassen nodig, for crying out loud? Het inzicht kwam gradueel, en ik las wat inspirerende blogs en boeken (van Leo Babauta, onder meer, voor wie zin heeft om hard geïnspireerd te worden. En neen, het heeft niets met yoga of zweverige dingen te maken, beloofd), en plots was mijn vent ook helemaal mee en kochten wij niks meer. En kwamen we tot het besef dat het al lang goed was zoals het was. We zouden nog heel ons leven kunnen bijkopen, maar eigenlijk hebben wij niks meer nodig. Een geweldig coole gedachte, eigenlijk.

Toen ik dertig werd heb ik iedereen die mij iets wilde geven drie opties voorgelegd: liefst kreeg ik niks, want dan moest ik weer een plek zoeken in mijn huis voor iets dat ik hoogst waarschijnlijk niet nodig had, want ik had niks meer nodig. Er mocht aan een goed doel geschonken worden als ze echt iets wilden geven (iets wat opvallend genoeg niemand heeft gedaan), of het mocht iets zijn om te doen, niet om te hebben. Dat laatste kwam wel goed aan, en dus ben ik nog altijd bezig met restaurantjes bezoeken en citytripjes maken met de dingen die ik toen heb gekregen. Leuk, want ik merk dat ik nog het allermeeste plezier beleef aan iets doen, veel meer dan aan iets hebben.

De laatste maanden is er veel veranderd. Ik heb zes gigantische zakken vol kledij en schoenen naar spullenhulp gedaan, zodat ik een kleerkast heb met alleen maar dingen die ik draag, en graag zie. Ons standaard antwoord als iemand vraagt of wij dat gratis boek/die kast die in de weg staat/die kookpot van meme willen hebben is neen. We hebben namelijk alles al. Mijn standaardgewoonte om in het weekend in winkels rond te hangen is weg, ik kom alleen nog maar in winkelstraten als ik er echt door moet, en dan word ik overvallen door de geweldige zengedachte dat ik niks moet kopen. Ik heb al coole botjes. Ik heb al veel schmink, en voor het eerst in mijn leven gebruik ik die ook echt op, in plaats van bij te kopen. Ik heb zes jassen, ik heb alle broeken die een mens kan nodig hebben. Twee paar oorbellen heb ik nog gekocht, sinds Amerika, omdat ik ze heel heel mooi vond. In ruil deed ik twee paar weg, die ik nooit droeg. Mooie kuising. Wishlists heb ik niet meer, want ik wil dit jaar geen kerstcadeautjes. Mijn vent trouwens ook niet, want echtig en techtig niks nodig. Om dezelfde reden verzamel ik alleen nog maar recepten op Pinterest, en geen dingen die ik wil. Ik wil ze namelijk niet eens echt meer. Ik winkel niet meer online. Hetzelfde met meedoen aan secret santa’s. Leuk allemaal, maar niet meer voor mij.

Koop ik wel nog: e-books, want ik lees geweldig graag en ze nemen geen plaats in mijn kasten. Dingen die op zijn, zoals mascara, worden vervangen, maar ik breng geen uren meer door in de Ici Paris XL om eindelijk die ene geweldige crème te vinden die mijn wallen wegkrijgt. Allemaal samen: onbegonnen zaak. Maar als ik ergens ben waar ze geweldig lekkere sapjes verkopen, dan tel ik daar wel weer vier euro voor neer. Omdat ik daar zin in heb. Het heeft niks met gierigheid of geld uitsparen te maken, eigenlijk, wel met rust in mijn hoofd.

tftcdag78.jpg

Klinkt zielig? Echt niet. Ik ben nog maar zelden zo rustig en content geweest. Het bedrag dat ik elke maand verdien mag al eens een maand wat lager liggen, ik heb toch niet veel meer nodig dan af en toe eens op café kunnen gaan en eten kunnen kopen. De druk is zo hard van de ketel. Al de rest laat ik al een paar maanden geweldig hard aan mij voorbij gaan, en eerlijk? Ik had nooit gedacht dat dat zo geweldig aangenaam kon zijn.

lilith eet minder vlees in acht stappen

De laatste tijd krijg ik regelmatig de vraag hoe wij dat eigenlijk doen in de crib, niks van vlees of vis meer eten. En of dat dan niet geweldig moeilijk is, zeker met zo’n moeilijke eter als Youri in ons midden. Blijkbaar is het iets dat veel mensen willen proberen, maar is het niet zo gemakkelijk om het vol te houden. Awel, bij ons was het dat ook niet, eigenlijk. Gelukkig hebben wij een inventieve lilith in huis die weigerde op te geven, en dankzij een eenvoudig stappenplan een huisgezin heeft gecreëerd waarin al een paar maanden volledig vegetarisch geleefd wordt. Wij zijn daar allebei zo content van (ja echt, hij die alleen tomaten en champignons lust ook!) dat wij wel eens een paar tips willen delen.

Ge weet maar nooit dat ge daar iets mee zijt.

1. Wees niet te streng op uw eigen. Dat is niet gemakkelijk, ineens van elke dag vlees eten naar geen vlees meer eten gaan. De gedachte aan nooit nog balletjes in tomatensaus of mosselen met frieten kan zo overweldigend toeslaan dat alle goede bedoelingen in één seconde over boord worden gegooid, terwijl je je afvraagt hoe dat gehakt in godsnaam zo ineens in je mond is gesprongen. Geloof mij: been there, done that, bought the t-shirt. Youri en ik hebben dat opgelost door onze eigen regel in te voeren: thuis nooit vlees of vis, op verplaatsing al eens wel. Als wij uitgenodigd worden op een barbecue eten wij al eens een stukje worst. Als ik ongelooflijk veel zin heb in mosselen ga ik er al eens eten. Liever voor 95 procent vegetarisch dan een paar weken volledig, dan van pure goesting op een hamburger vliegen gelijk een halve zot en weer gewoon herbeginnen met vlees eten. Een dag per week geen vlees is ook al geweldig, als ge daar eens over peinst.

2. Probeer eens iets uit. Ik leef samen met de grootste non-believer van vleesvervangers, maar die non-believer zit na mijn zoektocht naar vegetarische producten die niet smaken naar karton wel regelmatig te smikkelen van vegetarische hamburgers, worsten en gehakt. Niet elke dag, lang niet zelfs, maar af en toe heeft een mens gewoon zin in de smaak en de textuur van een stukske vlees. Vraag het hem, als hij het verschil zou proeven zou hij er zeker een half uur over zagen. Trust me, ik ken hem. En ik weet dat verschillende lezers in mijn comments kunnen getuigen dat ik hen al in het ootje heb genomen door hen fake vleesch voor te schotelen. Ik ben een snoodaard like that! (Garden Gourmet van den Delhaize, trouwens. Zo lekker, allemaal.)

3. Pas het aan aan uw muilke. Youri lust zo goed als geen groenten, en ik ben ook niet van het type “geef mij een groot bord sla en ik kan mijn geluk niet op”. Wij eten hier dus weinig slaatjes, of schotels die bijna volledig uit groenten bestaan. Wel eitjes, en dingen met kaas, en pijnboompitten en noten. En af en toe een vettige pizza, maar dan zonder vlees. Ze hebben zelfs vegetarische hamburgers in de frituur, dus geen excuses!

4. Organiseer uzelf. Ik maak om de zoveel weken een gigantische pot tomatensaus, die ik dan verpak in zakjes voor in de diepvries. ’s Avonds laat thuis? Pasta, tomatensaus, een beetje groentjes en wat geraspte kaas. Bliss. Ik doe hetzelfde met kaassaus en ik zorg dat ik altijd blikgroenten in huis heb om ergens bij te kappen. Rode boontjes ofzo, met wat Spaanse rijst en een eitje. Yum! En ja, verse groenten zijn beter. Uw eigen bouillon trekken in plaats van blokjes te gebruiken ook naar ’t schijnt, maar ik heb daar allemaal geen tijd voor, zulle.

5. Zorg dat je een recept of tien in huis hebt. Sommige dingen heb ik gewoon vegetarisch gemaakt, zoals mijn spaghettisaus of chili con carne waar ik seitangehakt in gooi in plaats van echt. Macaroni met hesp en kaassaus is hier macaroni met tomaat en kaassaus geworden. Of met fake hesp, niet normaal hoe goed dat daarop lijkt. Croque-monsieurs zijn hier tegenwoordig zonder hesp, maar met groentjes en lekkere sausjes. Ik hoor hier niemand klagen.

6. Amuseer u in de groentenwinkel. Of ga op zoek naar kaassoorten die je nog niet kende. Gebruik verse kruiden. Rooster uw groenten eens in plaats van ze te koken. Maak het dolle pret.

7. Spring af en toe eens op uw weegschaal. Geloof mij, ge zult daar content van zijn.

8. Koop een goed kookboek. Plenty van Yotam Ottolenghi bijvoorbeeld, allemaal zo lekker dat je vergeet dat er geen vlees inzit. Of de Dikke Vegetariër. Very nice.

tftcdag18.jpg

Nog tips van ervaringsdeskundigen? Of gemakkelijke recepten? Ik lees ze geweldig graag in de comments.